Page 42 - Sprining Sophia magazine
P. 42

 “TOEN KWAM IK AAN: IN ZIJN FAVORIETE AUTO. DE JONGEN BLOEIDE HELEMAAL OP”
Mario de Jager
Toen ruim tien jaar geleden vanuit een vriendenclubje Sprinting Sophia ontstond, aarzelde IT-ondernemer Mario de Jager geen moment om zich als ‘coureur’ aan te melden. Hij mist geen editie. Dus ook niet de eerste Sprinting Sophia ná Corona. Toch beleefde hij deze dag met een ander gevoel.
Nadat hij ooit zelf geconfronteerd werd met kanker, trof het noodlot hem twee jaar geleden weer toen zijn negentienjarige dochter een zware hersenbloeding kreeg. “Op dat moment verandert alles. Het is enorm heftig als je kind ziek wordt. Met een revalidatietraject hebben we gelukkig enige vooruitgang kunnen boeken. Mijn dochter is nu
een paar dagen per week bij mij thuis. Dat wil je
en dat doe je. Maar ook dat is intensief. Nu ben ik zoekende naar een begeleid wonenplek voor haar. Niet eenvoudig en een hele papierwinkel. Los van de emotionele kopzorgen, heb je ook daar mee
te maken.”
“Super initiatief.
Een belevenis voor de kinderen. Maar ook geld voor onderzoek.”
Opsteker
Door zijn eigen ervaringen is Mario zich nog bewuster hoe het leven verandert voor mensen die dit overkomt. Niet alleen voor de patiënt zelf, iemand die bijvoorbeeld in een rolstoel zit of spraakproblemen heeft. Ook voor ouders. “Als ik
na afloop in The Harbour met ouders praat, heb ik het gevoel dat ik me beter kan inleven. Opsteker bij Sprinting Sophia is te zien dat er heel veel mogelijk is. Zieke kinderen die door adequate behandelingen toch in staat zijn zo’n dag mee te maken, kinderen die van hun ziekte genezen. Daarom is Sprinting Sophia ook zo’n super initiatief. Een prachtige belevenis voor de kinderen. Maar er wordt
ook geld opgehaald voor onderzoek en betere behandelingen.”
Co-piloten
Mario had al die jaren veel verschillende co-piloten in zijn auto te gast. “Zoals de elfjarige jongen die vastzat aan allerlei slangen; hij kon hierdoor niet de hele rit meemaken. In plaats daarvan toerde ik een beetje met hem door Rotterdam. Met zijn hoodie over zijn hoofd zat hij zwijgend naast me. Natuurlijk probeerde ik het gesprek een beetje luchtig te houden. Uiteindelijk bleek dat hij niet zo veel met Ferrari had, precies de auto waarin we reden. Ik moest daar wel een beetje om lachen.”
Andersom kan het ook gaan. “Ik was laat doordat
de Brienenoordbrug open stond. Bij de start was
er bijna niemand meer. Wel zag ik twee ouders met een jongen licht teleurgesteld rondkijken. De jongen had zich verheugd op een echte sportwagen, maar op een Golf GTI na waren alle auto’s ‘op’. Toen kwam ik aan: in zijn favoriete auto. De jongen bloeide helemaal op. Toeval bestaat niet!”
Wat me best raakte, was toen ik bij de start werd opgevangen door een vrijwilliger. Met een hartelijk ‘Hallo Mario! Hoe is het met jou?’ werd ik begroet. Ik had alleen geen idee wie de jongen van een jaar of zeventien was. Wat bleek: hij had jaren daarvoor als ‘patiëntje’ bij mij in de auto meegereden.”
10 JAAR SPRINTING SOPHIA 42















































































   40   41   42   43   44