Page 79 - Hand in Hand - Editie 6

HENKS FEYENOORD-HISTORIE
Tegenwoordig is het geen probleem om een vlucht te boeken naar Oost- Europa. Tirana, Boekarest of Praag; zodra de tegenstander van Feyenoord uit de koker rolt, is de volgende reis met een paar muisklikken beklonken. Voor de eeuwwisseling ging dat er heel anders aan toe. Tussen Oost en West lag het IJzeren Gordijn; niet elk reisbureau bood reizen aan naar het voormalig Oostblok en een visum was benodigd. Formaliteiten die soms weken in beslag namen. Zoals Feyenoord zo vaak de eerste was in Nederland met het behalen van een prijs, was het in 1960 ook de eerste Europese club, die een uitnodiging ontving voor een tournee achter het IJzeren Gordijn, naar de Sovjet-Unie. In de decennia erna zouden vele, vaak memorabele tripjes volgen.
De eerste reis
In de zomer van 1960 maakte Feyenoord als eerste Nederlandse
en vermoedelijk ook als eerste West-Europese club een tournee
door de Sovjet-Unie. Contacten tussen Oost en West waren
schaars. Feyenoord speelde tegen Admiraltejets uit Leningrad (het huidige Sint-Petersburg), Dinamo Tbilisi en Dinamo Moskou. Het was een onvergetelijke trip voor de spelers en begeleiders. Met een hoofdrol
voor verzorger Gerard Meijer, die
een speler aan een gewond oog behandelde. Vanaf dat moment werd hij met Herr Doktor aangesproken. Van de wedstrijd tegen Admiraltejets heb ik een affiche bemachtigd via een lid van de staf, want supporters waren niet mee. (Foto 1)
Het is 60 bij 80 centimeter groot en een typisch staaltje grauw Oost- Europees drukwerk, maar wel een pronkstuk van mijn verzameling.
Europacup
Als we de wedstrijden om de Intertoto buiten beschouwing laten, dan was Vasas Boedapest in het befaamde seizoen 1962-1963 de eerste Oost- Europese tegenstander. In het meest
succesvolle seizoen voor Feyenoord 1969-1970 volgden maar liefst 2 tegenstanders, Vorwärts Berlin en Legia Warschau. Ook in het seizoen dat Feyenoord voor het eerst de UEFA Cup won, moest het afrekenen met
2 tegenstanders uit Oost-Europa,
nl. stadgenoot van Legia: Gwardia Warschau en het Poolse Ruch Chorzów.
Bijzondere reeks
De wedstrijden in de Europacup waren behalve sportief interessant ook belangrijk voor de inkomsten; niet alleen cruciaal tegenwoordig met het miljoenenbal van de Champions League, maar ook al in de jaren zeventig en tachtig. Vaak werd de eerste ronde van de Europacup in
de begroting opgenomen, waarin kaarthouders overigens vrij waren, dus was het bestuur er alles aan gelegen die eerste ronde door te komen. Daarna kwam het telraam tevoorschijn en kon er verdiend worden. Ook toen werd er reikhalzend naar de loting uitgekeken. Met eerdere tegenstanders als Real Madrid en AC Milan in het achterhoofd hoopten de supporters en, niet in de laatste plaats, de penningmeester
op aansprekende namen. Topclubs betekenden een volle Kuip en flinke recettes, een onaantrekkelijke tegenstander uit Oost-Europa vaak een halfvol stadion en flinke kosten voor verre uitreizen.
Hoe bijzonder was het dat Feyenoord in de opeenvolgende seizoenen 1980-1981 en 1981-1982 maar liefst
5 maal op rij een Oost-Europese tegenstander trof. Achtereenvolgens werd gespeeld tegen Slavia Sofia uit Bulgarije, Dinamo Tbilisi uit de Sovjet- Unie, Szombierki Bytom uit Polen, Dynamo Dresden uit Oost-Duitsland en Radnički Niš uit Joegoslavië.
Programmaboekjes, vaantjes en andere memorabilia kon je alleen ter plekke aanschaffen, als er al iets te koop was. Veel van deze items zijn tegenwoordig via internet makkelijker te verkrijgen dan indertijd.
Van de wedstrijd tegen Slavia heb
ik het trambord (foto 2) kunnen bemachtigen, tegen Bytom via een ruil met een Poolse verzamelaar een zeldzaam, kleurrijk vaantje (foto 3) en van de thuiswedstrijd tegen Niš het toegangskaartje. (foto 4)
Halve finales in EC III
De wedstrijd tegen Dinamo Tbilisi (voorheen Tiflis) betekende voor Feyenoord de eerste halve finale in het Europacup II toernooi en de derde halve finale in totaal tot dan toe. De tegenstander bleek toch een maatje te groot helaas en daardoor vervloog de kans bij een gewonnen finale,
de eerste Europese club te zijn, die in het bezit kwam van Europacup I, II en III. Van de uitwedstrijd heb ik het programmaboekje ooit online gekocht. (foto 5)
Het is leuk om de namen van de spelers te ontcijferen. Ze staan zowel in het Russisch als in het Georgisch. Gerard Meijer kreeg een hartelijke ontvangst in Tbilisi; Herr Doktor was niet vergeten.
Omdat in dit toernooi minder clubs zaten, werd er ook één ronde minder gespeeld en aangezien nationale bekerfinales nogal eens verrassende winnaars kenden, bleek de kans op succes aanzienlijk groter dan in de andere Europese cupcompetities. In de seizoenen 1991-1992 en 1995-1996 werd de halve finale bereikt, maar helaas niet gewonnen. Een unieke kans gemist helaas om deze beker, van het inmiddels opgeheven toernooi, in onze prijzenkast te laten blinken.
Heb jij interessante verzamelitems voor het museum van Henk Schuiten? Mail naar:
sansiro1970@gmail.com
FEBRUARI 2025
79