Page 18 - OH15
P. 18
Veiligheid voorop
Sommige medewerkers werken al meer dan twintig jaar
bij het bedrijf. De aanwezige kennis en expertise van Mennens is dan ook ongeëvenaard en deze gebruiken
we dagelijks om onze klanten te helpen. Helpen betekent bij ons soms ook “nee” verkopen. Dit gebeurt in situaties waarbij bedrijven uit onwetendheid iets willen wat wettelijk of praktisch echt niet kan of mag. “Als het niet veilig
is, dan doen we het niet. Natuurlijk gaan we dan wel in gesprek en kijken we of er alsnog een oplossing te vinden is. Veiligheid, kwaliteit en betrouwbaarheid staan bij ons altijd voorop. Daarom zijn wij ook ISO 9001, 14001 en 45001, EKH en VCA-gecertificeerd. Ook zijn we lid van
de EKH, NEN-commissie Valbeveiliging en de VVGW; branchevereniging van PBM-specialisten.”
Ambities
Aan ambities geen gebrek. Ook al is de concurrentie op het gebied van staalkabel, hijsen, heffen en valbeveiliging moordend in de regio Rotterdam, Frans en Dirk zijn overtuigd van hun eigen kracht en onderscheidend vermogen. “Wij hebben de ideale combinatie van staalkabel, hef- en hijstechniek en valbeveiliging. Daarnaast zijn we de grootste in onze tak van sport in Nederland.
We zijn financieel sterk, mede dankzij ons Zweedse moederbedrijf. En we zijn in onze kennis ver vooruit en doen er alles voor om dat te blijven”, aldus Frans, die gaat voor groei in resultaat én ontwikkeling van mensen. “We zijn een sociaal bedrijf, no-nonsens en open. We zijn de enige in de markt met een eigen opleidingsschool. Talent, ook uit andere branches, kunnen we zelf goed opleiden om keurmeester, inspecteur of trainer te worden.”
‘WE DOEN
HET MET ELKAAR, VOOR ELKAAR EN VOOR DE KLANTEN.’
Met elkaar, voor elkaar
Uit het meest recente medewerkerstevredenheidsonder- zoek sprongen ‘je eigen mening mogen geven met respect’, ‘betrokkenheid’ en ‘een stapje extra voor elkaar willen doen’ eruit. Dirk herkent die conclusies meteen. Iedereen is bereid om dat stapje extra te zetten. We doen het met elkaar, voor elkaar en voor de klanten “Dit komt bijvoorbeeld ook naar voren in onze trainingen; de trainers willen de cursisten
ook echt iets meegeven. Ze komen bij de trainingen soms sceptisch binnen, maar aan het eind van de dag hebben
ze wel wat geleerd. Letterlijk hoor ik ze dan zeggen: ‘Ik ga dit toepassen in de praktijk’. En dat zegt genoeg.” Frans benadrukt ook graag de diversiteit: “We hebben zoveel verschillende typen klanten. Onze servicemonteurs komen elke dag bij een andere partij over de vloer. Dat maakt
het leuk. Daarnaast vullen we elkaar goed aan binnen ons managementteam. Natuurlijk hebben we ook wel onder- linge discussies, want zonder wrijving geen glans. Maar we zijn het type mensen dat zich bij elkaar comfortabel voelt; de basis is gezond.”
(H)eerlijk
Frans, geboren Rotterdammer en tegenwoordig woonachtig in Poortugaal, werkt nagenoeg zijn hele leven al in de haven. Hij vindt het heerlijk: no-nonsense, rauw
en eerlijk. “Ik heb in heel Nederland zaken gedaan, maar Rotterdammers – en Zeeuwen trouwens ook – vind ik heel betrouwbaar. Als je ze eenmaal hebt, heb je ze voor altijd. Een ‘ja’ is een ‘ja’ hier. De ene keer praat je over
de toekomst van een bedrijf, dan weer over Feyenoord.
Ik houd ervan.” Dirk groeide op in Hellevoetsluis. Als student had hij een bijbaan bij P&O-Ferries en raakte daar besmet met het havenvirus. “Ik werkte als jong pikkie tussen de rauwe havenarbeiders en dat had iets magisch. Hard werken als er trailers gelost moesten worden en
dan in de pauze iedereen verslaan met kaarten”, grapt
hij. De immense omvang van de haven met alle high
tech toepassingen, gigantische vaar- en voertuigen en altijd dat rauwe randje heeft hem nooit meer losgelaten. “Minstens een keer per jaar ga ik op de Spido met
mijn zoon om die kolossale terminals en gigantische pijpenleggers te bekijken. De haven biedt zoveel meer dan mensen weten.”
Havenmentaliteit
Naast de omgeving en de machines geniet Dirk – net
als Frans - van de havenmentaliteit. “Ik geef nog wel
eens een training ‘Evacueren uit een havenkraan’ aan havenmedewerkers. En dan hoor je die gasten in hun ketelpak al een beetje stoer doen: ‘Kommie doen, kleintje? Uh, uh.’ Maar als ze boven in de kraan staan, hebben de meesten ineens geen praatjes meer en checken ze wel tien keer of alles vastzit. ‘Het is dan zaak om die gasten gerust te stellen en toch iedereen veilig naar beneden te krijgen. Eenmaal beneden hebben ze gewoon weer praatjes. En dat mag uiteraard. Maar veiligheid valt of staat bij eigen handelen. En als iets onveilig is, moet je het gewoon niet doen. Ik ken niemand die ’s ochtends zegt: ik zie wel of ik thuiskom vanavond, maar er zijn veel mensen die dat wél overkomt. Zij onderschatten risico's en overschatten hun eigen kunnen. En daar moeten we voor waken. Je mag best een beetje stoer doen, maar je moet ook gewoon veilig werken.”
18 • ONZE HAVEN