Page 6 - Blauwe stem proef
P. 6
ademhaling ging snel en kort, zweetdruppels parelden op zijn
voorhoofd. Bij elke beweging keek hij even naar het scherm
van zijn smartwatch. Alles moest geteld, geregistreerd, vastge-
legd: hoeveel stappen, hoeveel kilo’s, hoeveel seconden. Het
leek alsof zelfs zijn adem door een app werd gecontroleerd.
Elin keek naar hem vanuit de schaduw van de appelboom.
“Je moet meedoen, Elin,” zei hij zonder op te kijken. “Kom op,
één keer proberen. Je wordt sterker, je voelt je beter. Je moet
niet altijd zo… afwezig zijn.”
Elin zweeg. Ze dacht aan momenten die ze niet kon uitleggen,
aan stilte die niet leeg was maar vol. “Ik ben niet afwezig,” zei ze
zacht. “Ik ben gewoon ergens anders.”
Luuk lachte kort, een beetje scherp. “Je bedoelt dromen. Daar
koop je niks voor. Je moet leren knokken, anders neemt de
wereld je niet serieus.”
Zijn woorden bleven nog nagalmen toen Elin die avond alleen
door het dorp liep. Aan de rand stond een oud hek, half weg-
gezakt in de grond. Er was niets bijzonders aan, en toch bleef
ze ervoor staan. Het leek haar te roepen zonder geluid, alsof
het een grens was die vroeg om aangeraakt te worden. Ze
legde haar hand op het koude metaal. Heel even leek er iets
te bewegen, niet buiten haar maar in haarzelf. Alsof dit hek niet
alleen een hek was, maar ook iets anders: een doorgang, een
belofte, een herinnering die nog niet volledig kon spreken.
En opeens dacht ze aan vroeger. Hoe ze samen met Luuk,
nog kleiner en zorgelozer, over een hek klommen om in een
weiland bloemen te plukken. Hoe hij haar hand pakte toen ze
aarzelde,en riep dat ze gewoon moest springen. Het was een
herinnering die zacht glimlachte in haar, maar ook pijn deed,
omdat het voelde alsof die tijd al ver weg was.

