Page 27 - Hand in Hand 04
P. 27
12E MAN
‘IK HEB NOOIT ECHT IETS KUNNEN VINDEN WAT IK LEUK VOND, TOT IK IN DE HAVEN BEGON
De 12e man is een fotoserie waarin we supporters op
de voorgrond zetten. Elke Feyenoorder heeft een eigen verhaal, een eigen pad. Soms zien we ze in de vertrouwde omgeving van De Kuip op wedstrijddagen, maar vaak portretteren we hen waar hun roots liggen. Deze keer is het Kees Seegers die zijn verhaal deelt. Hij is niet geboren in een Feyenoord-familie, zijn liefde voor de club heeft hij zelf ontdekt, gevormd en grootgebracht.
Feyenoord werd Kees’ houvast, een stabiel punt in een leven dat vaak stuurloos was. Hij kon misschien
niet vaak fysiek aanwezig zijn in De Kuip, maar Feyenoord zat in zijn hart. “Een Feyenoord-supporter ben je vanbinnen”, zegt hij. “Ook als je niet altijd in het stadion bent; dat draag je gewoon met je mee. Die liefde geeft kracht, zeker als ze winnen.”
Langzaam kreeg Kees zijn leven op
de rit. Hij vond werk in de haven van Antwerpen, een plek die hem een stabiel bestaan gaf. “Ik heb nooit echt iets kunnen vinden wat ik leuk vond, tot ik in de haven begon. Nu werk ik daar al bijna zeven jaar.” Hij vond een ritme, iets wat hij nooit eerder had gekend. En de liefde voor Feyenoord groeide mee met zijn nieuwe leven. De club werd een anker, een plek waar
hij zich thuis voelde, al was het op afstand.
In de afgelopen jaren heeft Kees zelfs vrienden om zich heen met zijn liefde voor de club aangestoken. “Nu zitten mijn maat en ik hier samen voor de tv, biertje erbij, en juichen we alsof we al jaren in De Kuip staan.
En tegenwoordig gaan we wel wat vaker naar het stadion. Vroeger zou ik dat niet eens hebben gedroomd.” Kees haalt zijn schouders op. “Weet je, het leven heeft mij hier gebracht. Feyenoord is geen keuze meer, het is een deel van mij.”
Kees is een man van de straat.
Waar voor veel supporters de passie voor Feyenoord van huis uit wordt meegegeven, heeft hij het op zijn eigen manier gevonden. “Bij mij is het eigenlijk heel anders gegaan, hè?” begint hij. “Sommigen krijgen het mee van hun vader, maar ik heb het zelf moeten aanleren, mijn eigen liefde voor Feyenoord opgebouwd.” Hoewel hij opgroeide in Utrecht en later in de buurt van Rotterdam, duurde het lang voordat de vonk tussen hem en de club oversloeg.
Thuis was er geen aandacht voor sport, laat staan voor voetbal. “We keken nooit voetbal. En Feyenoord? Daar hadden mijn ouders helemaal niks mee.” Zijn jeugd was onrustig en toen zijn ouders uit elkaar
gingen, kwam zijn leven in een stroomversnelling terecht. “Ik was moeilijk opvoedbaar”, geeft hij toe. Op twaalfjarige leeftijd werd hij door de kinderrechter uit huis geplaatst en kwam hij terecht in een internaat, ver weg van een normale jeugd. In Rotterdam kwam hij voor het eerst in aanraking met de Feyenoord-cultuur. “Ik zag af en toe wel beelden van
Feyenoord, maar ik was veel te jong om zelf naar De Kuip te gaan.”
De weg die Kees daarna bewandelde was grillig en vol hobbels. “Ik heb echt een puinhoop van mijn leven gemaakt”, zegt hij, met een mengeling van spijt en berusting. “Vastgezeten voor domme dingen, dingen waar ik nu wel anders naar kijk.” Hij kreeg
de bijnaam ‘Kees Kadett’, bekend om zijn liefde voor de Opel Kadett die
hij maar al te vaak ‘leende’. Het was een leven zonder vaste grond, van opvangcentrum naar opvangcentrum, zonder rust of richting.
In zijn dertiger jaren kwam de ommekeer. “Vanaf 2001 was ik wel klaar met dat criminele gedoe”, vertelt hij. Langzaam maar zeker begon hij zijn weg te vinden en in die periode kwam ook Feyenoord in beeld. “Toen
is het echt gaan groeien”, zegt hij glimlachend. Hij keek de wedstrijden op tv en begon de club steeds meer
in zijn hart te sluiten. “Ik kreeg het geduld om een hele wedstrijd uit te zitten en ging er echt van genieten. Dat voelde als thuiskomen en Feyenoord werd iets van mij.”
NOVEMBER 2024
27