Page 71 - HAND IN HAND 09
P. 71
ROOD-WITTE BRIL
benaderd door de ‘Wirtschaftsprüfstelle’ waarin zij aangaven dat 33 aandelen Stadion Feijenoord uit Joods bezit bij
‘Liro’ waren gedeponeerd en of Stadion Feijenoord interesse had (of eventuele nabestaanden!!) om de aandelen van ‘Liro’ te kopen. Op 3 september 1943 antwoordde de directeur van Stadion Feijenoord geen interesse te hebben.
Ondanks het feit dat de heer Van Hertzfeld zijn aandelen onder dwang moest deponeren bij Liro, moest Stadion Feijenoord, ondanks protest, op 4 oktober 1943 een bedrag van 400 gulden (zijnde de nominale waarde van 4 aandelen) overmaken via de Rotterdamsche Bank Vereeniging naar de rekening van ‘Niederländischen Aktiengesellschaft für Abwicklung von Unternehmungen’.
FEEST
Nog niet zo gek lang geleden kon je elke dag een column schrijven over Feyenoord. Er gebeurde
altijd wel wat. Het seizoen moest nog beginnen of
het was alweer raak. Een van onze spelers had in
een vriendschappelijk duel met een amateurclub
zijn tegenstander geveld met een karatetrap. Of
de spelers hadden het vertrouwen in de trainer opgezegd. Of we verkochten onze beste spelers en haalden bij de aartsrivaal een kansloze tribuneklant. Of we plukten ergens een gepensioneerde prof van het strand. Zo ging dat het hele seizoen door. Spelers trapten mekaar op de training verrot of ze gingen elkaar in de kleedkamer te lijf. Of Eric Gudde had weer een plan voor een stadion dat er ook weer niet kwam. En alles lag op straat.
En nu? Niks geen gekkigheid meer. Rust. Stilte. Een feest voor de club, maar funest voor een columnist. Bij andere clubs gebeurt tenminste nog wat. Daar wordt een speler die na een steekpartij wordt verdacht van poging tot doodslag met een noodgang verkocht aan een club in een land zonder uitleveringsverdrag met ons land. Of een directeur stuurt zijn collega’s dickpics. Zijn opvolger haalt voor honderd miljoen twaalf koekenbakkers en staat na vier maanden op straat. De hoofdtrainer neemt publiekelijk afstand
van spelers die zijn aangetrokken zonder dat hij ervan wist. Zijn assistent verwijt hem achter zijn rug een gebrek aan leiderschap. De hoofdtrainer krijgt ontslag en trapt publiekelijk na naar die assistent, naar de inmiddels vertrokken technisch directeur én naar
de Raad van Commissarissen. Een uitgerangeerde speler mag in tweeënhalf jaar vijftien miljoen euro uit de kas graaien. In één jaar worden vijf hoofdtrainers versleten. De Raad van Commissarissen schorst een directeur al na twee weken omdat hij met voorkennis aandelen in de club kocht. Een paar dagen later blijkt dat de voorzitter van die RvC zelf ook de regels overtrad. Zo gaat het maar door.
Funest voor zo’n club, maar een feest voor een columnist.
Frans Reichardt
APRIL 2024
71