Page 133 - My FlipBook
P. 133
133
Tineke Guilonard in “Kamp Vught 1943-1944 Bunker en Krematorium”
….De vrouwen overleggen wat te doen. Er is één vrouw met een gebroken
pols en één asthmapatiënte. Met grote moeite worden zij naar een
piepkleine nis bij de celdeur verplaatst in de hoop dat ze daar minder last
van de anderen zullen hebben.……Een arts, mevrouw Nievelstein spreekt
de vrouwen toe. Men moet zich zo rustig mogelijk houden, vooral niet
praten en zo weinig mogelijk bewegen. Elk woord, elk gebaar, verbruikt
zuurstof en daar moet zo zuinig mogelijk mee omgegaan worden. Niet
meer gebruiken dan nodig is om zo rustig mogelijk adem te halen.
Maar bij velen zijn de angst en de paniek zo groot, dat haar woorden niet
tot hen doordringen. Steeds weer zijn er vrouwen die gillen, huilen of
hardop bidden. Al gauw valt de eerste flauw. Doordat de vrouwen dicht
opéén geperst staan lukt het in het begin de vrouwen die flauw vallen
overeind te houden. Er is trouwens simpelweg geen ruimte om te vallen.
Tineke Guilonard in “Kamp Vught 1943-1944 Bunker en Krematorium”
….De vrouwen overleggen wat te doen. Er is één vrouw met een gebroken
pols en één asthmapatiënte. Met grote moeite worden zij naar een
piepkleine nis bij de celdeur verplaatst in de hoop dat ze daar minder last
van de anderen zullen hebben.……Een arts, mevrouw Nievelstein spreekt
de vrouwen toe. Men moet zich zo rustig mogelijk houden, vooral niet
praten en zo weinig mogelijk bewegen. Elk woord, elk gebaar, verbruikt
zuurstof en daar moet zo zuinig mogelijk mee omgegaan worden. Niet
meer gebruiken dan nodig is om zo rustig mogelijk adem te halen.
Maar bij velen zijn de angst en de paniek zo groot, dat haar woorden niet
tot hen doordringen. Steeds weer zijn er vrouwen die gillen, huilen of
hardop bidden. Al gauw valt de eerste flauw. Doordat de vrouwen dicht
opéén geperst staan lukt het in het begin de vrouwen die flauw vallen
overeind te houden. Er is trouwens simpelweg geen ruimte om te vallen.