Page 77 - My FlipBook
P. 77
77
Maar behalve veel Joden had de Cliostraat ook heel andere bewoners.
Fien verhuisde vaak in Amsterdam, maar haar meeste adressen lagen in (Oud)Zuid, in
de buurt van de Beethovenstraat. Die buurt had een sterk Joods karakter, zeker in de
jaren dertig, door de komst van veel Duits-Joodse vluchtelingen. Ongeveer 1 op 3 van
de buurtbewoners was Joods. En tegelijkertijd stemde ongeveer 1 op 5 op de NSB.
Zou een van hen misschien Fien hebben verraden ?
Laten we een paar bewoners van de straat eens beter bekijken.
Ik begin schuin tegenover Tante Fien. Ik zal hem in dit verhaal maar mijnheer De
OverBuurman noemen, mijnheer DOB dus, want zijn echte naam doet er weinig toe.
Zijn nakomelingen leven nog, en die kunnen er ook niets aan doen…….
Dhr Dob werd al in 1933 lid van de NSB. In 1934 moest hij de Beweging verlaten
omdat het toen voor ambtenaren, hij was gemeente-arts, verboden was lid te zijn van
extreme partijen. In 1940 kwam er uiteraard een einde aan dit verbod en mijnheer
Dob werd direct weer lid van de NSB.
In de voorafgaande jaren stuurde hij wel elk jaar ter gelegenheid van de verjaardag
Maar behalve veel Joden had de Cliostraat ook heel andere bewoners.
Fien verhuisde vaak in Amsterdam, maar haar meeste adressen lagen in (Oud)Zuid, in
de buurt van de Beethovenstraat. Die buurt had een sterk Joods karakter, zeker in de
jaren dertig, door de komst van veel Duits-Joodse vluchtelingen. Ongeveer 1 op 3 van
de buurtbewoners was Joods. En tegelijkertijd stemde ongeveer 1 op 5 op de NSB.
Zou een van hen misschien Fien hebben verraden ?
Laten we een paar bewoners van de straat eens beter bekijken.
Ik begin schuin tegenover Tante Fien. Ik zal hem in dit verhaal maar mijnheer De
OverBuurman noemen, mijnheer DOB dus, want zijn echte naam doet er weinig toe.
Zijn nakomelingen leven nog, en die kunnen er ook niets aan doen…….
Dhr Dob werd al in 1933 lid van de NSB. In 1934 moest hij de Beweging verlaten
omdat het toen voor ambtenaren, hij was gemeente-arts, verboden was lid te zijn van
extreme partijen. In 1940 kwam er uiteraard een einde aan dit verbod en mijnheer
Dob werd direct weer lid van de NSB.
In de voorafgaande jaren stuurde hij wel elk jaar ter gelegenheid van de verjaardag
