Page 25 - Brugsken 1957_Neat
P. 25

Pierbollen.









                                           Pierbollen. Hoe werkt het?

              In het midden van een houten vloer van ongeveer 3m x 3m en aan de zijden
              voorzien van stootranden staan 10 kegels opgesteld. De formatie van de

              opstelling is 3 rijen van 3 en één apart dit op een afstand van elkaar die
              minimum gelijk is aan de lengte van een kegel om zoveel mogelijk te
              voorkomen dat een vallende kegel ook andere kegels doet omvallen. Dus

              het omvallen van de kegels moet gebeuren door het raken met de pierbol.
              Enkel de apart geplaatste kegel die men “De Zot” noemt mag niet geraakt
              worden en omvallen. Het is een hele kunst om de geworpen pierbol een
              baan te laten bollen zonder de zot te raken en zoveel mogelijk andere

              kegels te laten omvallen. Bij de worp moet men de zot als eerste kegel links
              passeren. De pierbol doorloopt na de worp een spiraalvormige baan.
   20   21   22   23   24   25   26   27   28   29   30