Page 15 - ANTILL DGB
P. 15
15
icht en tijd
Tijd van leven.
nterzon boven de polders van Schoorl. Amsterdam, Maria met haar Kind, Lichtjeszee in ‘De Papegaai’,
een onopvallende kerk aan de drukke Kalverstraat.
alweer een baan later? Ze noe- haast kennen ze niet. Haast is ven. De kunst om naar dat leven alle kleine, simpele dingen en dat raakt. Dan is er niets te wen-
men dát ‘tijd’. verzonnen door mensen die te blijven kijken door de ogen voor elkaar, dan houdt dat je sen over en sprenkel je licht.
moeten, door mensen die eisen. van het kind dat je ooit was, het eeuwig jong.
Ik zeg je dat ‘tijd’ de geur van Voor mensen die plannen en kind dat bellenblazend spren- Een mooi 2018!
bedauwde bloemen is in de ont- mensen die willen. Haast is er kelde met licht. Laten wij met elkaar kiezen
wakende ochtend, de kus van je voor mensen die zich zeer be- voor die zee van tijd, die haast Giselle Ecury is schrijfster van
geliefde wanneer je het niet ver- wust zijn van tijd, die zich laat Het is waar. We zijn op deze verjaagt en ruimte geeft ín, en Arubaanse afkomst
wacht, de blik van een kind in vangen in uren, minuten, da- wereld gedurende een bepaalde aandacht vóór een nieuwe
de grote stad, de golfslag van de gen en maanden. In oogklep- periode. Er is een tijd van ko- wereld. Laat ons het tij keren en zeepbel
zee: een zee van tijd, zeggen ze. pen, blinddoeken, dovemanso- men en een tijd van gaan. Maar tijd ombuigen tot iets waar we anne van drie
Ik zeg je: toen je werd geboren, ren, cijfers en geld. Hoe lang ik zeg je, dat we misschien in ja- ons hart in kunnen leggen. Zeg blaast bellen van zeep
stond de tijd juist stil. Je was, je heb ik nog? ren even lang bestaan, maar dat nooit meer dat je de tijd aan het ze zwieren door de lucht
bént, je bestaat. Niets meer, je eigenlijk niet met tevoren doden bent, maar lééf de tijd! ze buitelen, bubbelen,
niets minder. Jij. In een heel ‘Geen tijd’, zeggen ze dan, vastgestelde maten moet me- duikelen, huppelen,
lang heden. terwijl de zon vlammend op- ten. Het gaat erom wat je doet in Laat ons gaan voor een nieuw zijn als de tijd op de vlucht
komt en de maan uren later de die tijd of laat tussen komen en begin, tot in lengte van dagen.
Tijd is de rups die zich door omgeving omzet in een sprook- gaan. In dat wonderlijke heden. Laat ons kijken naar de wolken, anne blaast bellen
het blad eet, de vlinder die dan- je uit 1001 nacht. Als je het kind in je wakker laat ons dagdromen en nachtle- waar blijven ze nou?
send weg vliegt. Denk je dat zij houdt, als je blijft kijken met ven. Blaas net als Anne bellen ze zweven en zoeken het blauw
hun uren tellen en zich haasten Ik zeg je: juist dat is tijd. Aan- verwondering, met aandacht en die de tijd doet stilstaan. Geniet ze vinden de wind
om te doen waarvoor ze ge- dacht is tijd. Aandacht en rust liefde - vooral véél liefde - voor van kleine dingen nu het nog krijgen vat op elkaar
maakt zijn? Zij doen, maar voor verwondering. Tijd van le- kan. Tijd van leven in dit heden vangen de kleur van haar koperen
haar
tijd staat secondenlang stil
anne van drie
blaast bellen van zeep
ze bengelen even vlak voor haar
geven geen enkel geluid
zo hangen ze daar
zo glanzen ze daar
stromen dan toonloos weer uit