Page 4 - De Overdraght 2020-4_Neat
P. 4
VAN DE VOORZITTER
Toen ik een week of drie geleden op een ochtend door mijn
achtertuin liep, zag ik ergens in een hoekje een egel die er, op zijn
zachtst gezegd, niet best aan toe was. Ik vond het vreemd dat ik wat
dichterbij mocht komen en de egel geen aanstalten maakte om weg
te komen. Een teken aan de wand. Ik sloeg er verder geen acht op
en liep door. Het zou wel een egel zijn die vanwege de hoge
temperaturen de winterslaap niet had kunnen vatten. Maar toen hij
er de volgende ochtend nog zat, hebben mijn vrouw en ik de
egelopvang in Zundert gebeld. Die stelden allerlei vragen en
kwamen met ons tot de conclusie dat het beter zou zijn wanneer we
het diertje naar Zundert zouden brengen. Dan zouden zij hem in
observatie nemen en verder verzorgen. Zogezegd zo gedaan, de
egel met een dikke handdoek opgepakt en in een doos gezet en naar
Zundert gebracht. De manier waarop wij en de egel ontvangen
werden, stelde ons gerust. De patiënt was in goede handen. De
teleurstelling was dan ook groot toen we de volgende ochtend een
telefoontje kregen met de mededeling dat hij die nacht zacht en
kalm was overleden. Dat was echt even slikken. Je gaat je kennelijk
al heel snel verbonden voelen met zo’n beestje. Maar ja, we weten
dat zwakke dieren heel vaak de winter niet doorkomen. En we
troostten ons met de gedachte dat we ons best gedaan hadden, ons
niet realiserend hoeveel stress de rit naar Zundert, het onderzoek
daar, enz. hem bezorgd zullen hebben…
Toen ik deze zondagmorgen vroeg aan het ontbijt zat en ik door het
raam onze voortuin inkeek, zag ik in één oogopslag een
winterkoninkje en een roodborstje scharrelend onder de
beukenhaag, een huismus en een pimpelmees in de uitgebloeide
hortensia’s en een kleine bonte mannetjesspecht op de stam van een
4