Page 11 - Gebbe verhaal
P. 11
springt Gebbe de mier Mirko voorbij, die hem goedkeurend nakijkt. Even later rust hij uit bij een grote steen. Daar zit de vlinder, die zegt: “Zie je nou, zo kun je niet vrijuit je vleugels spreiden. Je kikkerpoten bedoel ik. Wel een mooie tas trouwens.”
Als Gebbe thuis is doet hij meteen de rugzak af en haalt zijn bal eruit. Die was behoorlijk dof geworden, maar nu krijgt hij weer kleur. Mamma zegt: “Wat is het toch een prachtige bal met al die kleuren, het lijkt wel of hij licht geeft.” Gebbe ziet het nu ook. “Ja mam, ik leg de tas zo lang op mijn kamer.” Hij springt met een reuzensprong naar buiten en de bal rolt ook het water in. Als een ware acrobaat zwemt hij zijn waterfiguren. Nu eens duikt hij onder de bal door, dan weer komt hij omhoog en springt er overheen. Hij maakt zelfs zomaar een nieuw figuur. Dit is wat Gebbe het liefste doet zoals je misschien al weet. Maar hoe zit het nu met het vrienden maken? Daar heeft hij voorlopig genoeg van. Vrienden zijn er in soorten en maten, denkt Gebbe, maar je beste vriend ...? Dat ben je gewoon zelf.