Page 357 - Bloedstollig en bloedingsneiging
P. 357
XX. Padvinders en het collectief 345
Befaamd werden de studieweekenden die vanaf 1982 werden georganiseerd. De eerste weekenden werden jaarlijks georganiseerd door de THON en gehouden in het Belgische Houthalen. Later werd een cursus voor promovendi direct gevolgd door een wetenschappelijk symposium. Vanaf 1988 werden zowel cursus als symposium georganiseerd door de NVTH.
Kadertekst XX.5
De fameuze weekenden in Houthalen (België)24
‘De onvolprezen Jeanne Stibbe had deze locatie gevonden, en het gerucht ging dat zij hier in haar vakantie ooit had gelogeerd. Met uitzondering van de groep uit Maastricht was dit voor iedereen een lange reis met de auto. Er heeft weleens een dappere aio geprobeerd om met het openbaar vervoer naar Houthalen te gaan, maar die was dan ook drie keer langer onderweg.
Na de barre tocht werden we meteen getrakteerd op een van de hoogtepunten van de Hen- gelhoef, het vakantiepark waar de bijeenkomst werd gehouden: het bord met (rauwe) vis stond al geserveerd op tafel. Er zullen zeker liefhebbers zijn geweest voor deze lekkernij- en, maar ik was er daar niet een van. Gelukkig was het alternatief prima: echte Belgische frieten! Het restaurant was voorzien van een interessant plafond. Een metalen rooster be- staande uit scherpe, dunne metalen platen die recht naar beneden wezen. Ieder jaar leek het plafond wel iets naar beneden te komen.’
Naast de jaarlijkse bijeenkomsten kwam vanaf de jaren 1980 elke paar maanden de ‘Stol- club’ bij elkaar. Vanaf 1991 in de nieuwe locatie van het Academisch Ziekenhuis op de Uithof in Utrecht. In 1992 was het ledental van de NVTH gestegen tot 354.
Het wetenschappelijk collectief bestaat niet zonder de individuele bijdragen van weten- schappers. En die bijdragen zijn weer afhankelijk van de persoonlijke omstandigheden zoals Larry Holmes in zijn boek Investigative pathways mooi verwoordde:
‘The collective movement of science is open-ended, continuous through time for as long as such activity retains social support for the resources it requires. The individual trajectory is limited by the span of a lifetime and conditioned by the stages of a personal life. The opportunities afforded the individual to contribute to the larger development are not a function of intellectual capacity alone, but of tempera- ment, training, prior experience, and the other changing aspects of life through adolescence, maturity, and old age. Individual investigative pathways thus display characteristics drawn both from the nature of the collective advance of science and from the personal needs of creative, purposeful, but mortal lives.’25
Om die persoonlijke inzet te honoreren inaugureerde de NVTH in 1984 de jaarlijkse Van Creveldlezing, het hoogtepunt van het jaarlijkse symposium van de NVTH. Elk jaar houdt een prominente onderzoeker, meestal een Nederlander, de Van Creveldlezing over een alge- meen wetenschappelijk onderwerp of over een onderwerp binnen het specialisme trombose en hemostase, waarbij vaak de achtergronden van persoonlijke grote ontdekkingen en doorbra- ken in het stollingsonderzoek worden toegelicht. Vele beroemde nationale en internationale onderzoekers hebben in de afgelopen jaren deze lezing gehouden.26