Page 76 - MIN JUS
P. 76
2 Antilliaans Dagblad Woensdag 11 oktober 2017
Curaçao
‘Inlichtingendienst bij kustwacht’
Van een onzer verslaggevers nomen. Indien op ambtelijk ni- kel hoeft te zijn, wordt door de gezamenlijk, dient te zijn opge- zonderlijke landen. De vraag, in
Willemstad - De Raad voor veau onvoldoende rekening raad wel geconstateerd dat deze nomen wat van de kustwacht welke mate de kustwacht voldoet
de Rechtshandhaving wordt gehouden met de lokale complex is. ,,In de structuur wordt verwacht. Zowel ten aan- aan haar opsporingstaak kan de
(RvR) pleit voor een behoeftes, zijn er nog bestuur- waarbinnen de kustwacht ope- zien van de opsporingstaak als raad na dit onderzoek slechts ge-
reert, kunnen vier landen (en in
ten aanzien van andere wette-
deeltelijk beantwoorden. Het
lijke wegen die kunnen worden
gemeenschappelijk inter- bewandeld, zoals het Justitieel totaal 17 ministeries) invloed uit- lijke taken, en wat betreft die op- ontbreekt aan een norm, ‘wan-
insulair ‘intelligence’-in- Vierlanden Overleg en de Rijks- oefenen op (concept) jaar- en sporingstaak zowel wat be treft neer is het goed’.”
stituut dat ondergebracht ministerraad”, aldus de RvR. meerjarenplannen. In de plan- de internationale verplichtingen
wordt bij de kustwacht. En hoewel de organisatie- nen, die worden vastgesteld als ten aanzien van de beharti- Op pagina 10
structuur niet direct een obsta- door de ministers van de landen ging van de belangen van de af- RvR trots op eigen instituut
Dat is onlangs door de raad-
sleden Theo Bot en Glenn Ca- Advertentie
melia aan de orde gesteld. Bot
legt uit: ,,Het gebeurt regelmatig
dat de kustwacht op bijvoorbeeld
een drugstransport stuit. Dan
wordt dit overgedragen aan de
politie die hier niet op voorbe-
reid is en onvoldoende capaciteit
heeft om de zaak door te recher-
cheren. Daardoor blijft het han-
gen bij het in beslag nemen van
de drugs en het gevangenzetten
van de opgepakte personen.” In
het laatst uitgeven onderzoeks-
verslag over de kustwacht staat
in de samenvatting hierover:
,,De raad is van mening dat
moet worden gekeken naar de
invulling van recherchecapa-
citeit bij de kustwacht dan wel
daarbuiten, ten behoeve van (po-
tentiële) onderzoeken die voort-
komen uit de waarnemingen en
opsporingsactiviteiten van de
kustwacht. De kustwacht is een
opsporingsorganisatie, maar
voor de taakuitvoering afhanke-
lijk van de recherchecapaciteit
op het land.” En elders wordt ge-
steld dat maritieme incident-
onderzoeken niet leiden tot pro-
jectmatige onderzoeken. Waar-
na vervolgens wordt aangevoerd:
,,Bij de bestrijding van crimina-
liteit vormt het maritieme aspect
een component van een groter
geheel. De raad constateert dat
er stappen worden gezet om de
integraliteit bij de criminaliteits-
bestrijding te bevorderen. De
raad benadrukt de noodzaak van
nauwere samenwerking aange-
zien dat mede vanwege de klein-
schaligheid van de landen essen-
tieel is voor effectieve criminali-
teitsbestrijding. Alle organisa-
ties onderkennen de noodzaak
van samenwerking en dat de
schotten die een intensievere
samenwerking.”
De raad pleit ook voor meer
‘eigen’ inbreng voor de invulling
van de kustwachttaak vanuit de
landen zelf. Het proces om te
komen tot eenduidige (concept)
jaar- en meerjarenplanning is in
de uitvoering voor verbetering
vatbaar, aldus de raad. ,,De raad
is van oordeel dat het inbrengen
van de wensen van de landen in
het jaarplan van de kustwacht
met de huidige organisatiestruc-
tuur in beginsel is gewaarborgd. Visit us at rbc.com/lowrateloans
Maar, uit het onderzoek is ko-
men vast te staan dat de ver-
tegenwoordigers van de landen
onvoldoende gebruikmaken van
de mogelijkheden om de lokale
behoeftes naar voren te brengen,
althans ervoor te zorgen dat die
in de jaarplannen worden opge-