Page 4 - De Overdraght 2020-3
P. 4
VAN DE VOORZITTER
Dinsdagochtend 18 augustus 2020, kwart over tien. Of ik even naar
beneden wil komen.
Zoals gewoonlijk in de laatste weken voor het verschijnen van dit
boekje zit ik in mijn werkkamer op de zolder van ons huis te
werken aan mijn bijdragen voor “De Overdraght” die binnenkort
gaat verschijnen. Als het nodig is, belt mijn vrouw naar boven of ik
even wil komen.
Als ik beneden aankom zegt ze dat ik maar even moet gaan zitten,
want ik zal wel heel erg schrikken. En dan komt het hoge woord
eruit: “Het gerucht gaat dat er iets ernstigs is met Ties Steehouwer.
Dat hij zelfs zou zijn overleden.” Iemand die ze net aan de telefoon
had, heeft haar dat verteld.
Op dat moment stopt de wereld even met draaien. Ties dood? Dat
kan niet! Dat mag niet… Maar het is nog een gerucht. Dus het kan
ook niet waar zijn. Niemand weet het zeker. Hoe komen we
erachter of het waar is?
Nog maar even niemand bellen, want stel je voor dat het een
gerucht is.
Dan gaat de bel. Een schoonzus en zwager, die in de buurt van Ties
en Truus wonen en op zijn appartement uitkijken, zijn een eindje
aan het fietsen en komen bij ons even uitrusten en een kopje
koffiedrinken. Toevallig komt het gesprek op de hulpdiensten:
- “Vanochtend was de politie er al vroeg bij. Ik heb ze om half acht
al gehoord.”
- “Die zullen wel naar Fijnaart gereden zijn, want volgens de
website van 112 was daar om 07:25 uur een melding.”
- “Gisteren aan het eind van de middag heeft er bij de flat aan de
overkant zeker twee uur lang een politieauto voor de deur gestaan.
Daar was vast en zeker iets aan de hand?”
- “Zou het dan toch waar zijn? Ik ga nu toch mijn
medebestuursleden maar even bellen of mailen. Ik maak het
grootste voorbehoud en vraag of ze het voor zich willen houden tot
we zeker weten dat het waar is.”
4