Page 14 - Blauwe stem proef
P. 14
heen stroomde wat anderen niet konden zien.
Naast haar boog een jongen nieuwsgierig mee. “Hé, dat lijkt
wel een acht,” zei hij achteloos. “Bijzonder, die heb ik nog nooit
iemand uit een steen zien maken.”
Elin knikte, maar zei niets. Zijn woorden bevestigden wat ze zelf
al voelde: dat dit geen gewone vorm was, maar een symbool
dat opnieuw bij haar was teruggekeerd.
De docent kwam langs, streek met haar vingers over het
gladde oppervlak en glimlachte. “Weet je, soms kiest de steen
jou, niet andersom.” Ze bleef even staan en draaide de steen in
haar hand. “Weet je trouwens hoe dit teken heet? In de wis-
kunde noemen ze het een lemniscaat. Het staat voor onein-
digheid. Twee lussen die in elkaar overvloeien, zonder begin en
zonder einde.”
Een paar andere deelnemers bogen nieuwsgierig over de
steen, maar luisterden meer terloops. Voor Elin daarentegen
bleven de woorden hangen, alsof ze zwaarder wogen dan
uitleg alleen.
“Het bijzondere is,” vervolgde de docent, “dat de lemniscaat
niet alleen een rekenkundig symbool is. Je ziet hem terug in
kunst, in filosofie, in spirituele tradities. Het is een teken van ba-
lans, van stroming, van twee bewegingen die elkaar steeds weer
vinden. Veel mensen gebruiken het als symbool voor verbon-
denheid of voor de oneindige beweging van het leven zelf.”
Elin voelde haar hart sneller kloppen. Ze dacht terug aan de
acht die haar al eerder had geroepen, en aan het hek waarin ze
diezelfde vorm had gezien. Nu lag hij in haar handen, uit steen
tevoorschijn gehaald, alsof alles samenviel.

