Page 115 - BOEK SELG.indb
P. 115
Boek 1 ■ Kindertijd en adolescentiejaren [1861–1879]
Onder de kinderen van Neudörfl was Rudolf Steiner ondanks de gemeen- schappelijk doorgebrachte schooltijd, vijf jaar lang een “vreemde” geweest. Maar net als eerder in Pottschach, had zich voor hem ook hier een eigen leefruimte ontwikkeld waarin hij zich thuis voelde: de omgeving van sta- tion en kerk, zijn omgang met Heinrich Gangl, maar ook het bos, de wei- den en de velden die ook in Neudörfl onderdeel van zijn leven waren en waar hij vaak ging wandelen. Nu was hij plotseling elke dag alleen in een grote stad. Al vroeg in de ochtend nam hij de trein.
In de winter, als het spoor ondergesneeuwd was, liep hij naar Wiener Neustadt en moest ’s ochtends om zes uur in het donker het ouderlijk huis uit. Mogelijk hielp zijn vader hem daarbij voor een deel op pad. Op de te- rugweg liep zijn zusje Leopoldine hem vaak tegemoet. En ook al was zij drie jaar jonger en lichamelijk nog niet zo sterk, hielp zij hem dan met het dragen van zijn zware schoolboeken. En in tegenstelling tot haar grote broer was Leopoldine niet bang voor de zigeuners.112
Over zijn ervaringen in deze tijd, het verborgen leven van zijn ziel, uitte Rudolf Steiner zich later maar weinig. In elk geval weten wij dat hij er met zijn medewerkster en arts Ita Wegman over gesproken heeft in de tijd dat hij zijn “Levensweg” schreef en nauw met haar samenwerkte. In een op- schrijfboekje met aantekeningen voor een voordracht over Rudolf Steiners kindertijd en jeugdjaren, noteerde Wegman:
‘Er waren vele geestelijke ervaringen. Onderweg van Wiener Neustadt naar Neudörfl activeerde het lopen door een prachtige laan met bomen hem op zodanige wijze, dat het vaker voorkwam dat hij deze weg aflegde in een andere bewustzijnstoestand dan de gewone. Het dagbewustzijn verdween.
Eerst werd het donker om hem heen, dan licht. Geestelijk licht in plaats van zonlicht kwam over hem; en zo ontmoette hij mensen, geestwezens en hiërarchische wezens. Geestwezens in kindergestalten, in jongelings- en bejaardengestalten, die allen iets met hem te maken hadden. Pas later werden door hem in de ontmoetingen met mensen deze geestelijke gestal- ten weer herkend.’ 113
112 Zie Carlo Septimus Picht: ‘Aus der Schulzeit Rudolf Steiners’. In: Gesam- melte Aufsätze, Briefe und Fragmente. Stuttgart: Mellinger Verlag 1964.
113 Ita Wegman: 17.02.1941. Notizbuch 74. Ita Wegman Institut, Arlesheim.
115

