Page 39 - 2002-2
P. 39

Er was eens een kat.
           Er woren eens een mier,                                        die viel  op zLJn gat.
                                                                          toen werd hij  erg heeÈ
           en een  Pie?                                                   t,oen liet  hij  een schee
           Die zoten op de wip,                                           t,oen was zijn  gat plat..
           sqmen met een kip
           en die mookten plezier                                         groetjes barry mailly

           Annolies Dolstro Groeo 8



                                             Er was eens een Janthijs,
                                          Die bouwde Íurn een ijspaleis.
                                              Zijn ijs werd erg lekker,

                                       Hrj vervoerde het met eeÍ frekker
                                                   En hij was wijs!

          Kip
                                                                                        De hond
          Er llas eens een kÍ  P ,
          die zat oP een wiP.                                                        Er was eens een hond,
          Daar lag  ook een ei,                                                      die viel op zijn kont.
          op een dikke  kei.                                                         Hij riep erg hard AU,
          En de kip  was sip.
                                                                                     zijn moeder  kwam  gauw
                         Caro lien                                                   maar het  rwas  maar een
                                                                                        klein wondje.
                                                                                              Sylvia Joni
                                        er waren êens 2 kippen
                                        1 er van stond t.e pikken
                                        want, er  lag een worm
                                        ineens kwam er  een storm
                                        de kip  die  stond, te  pikken schrok en begon t,e hikken
                                        groet j es Jennif er  ,Jager



                        Er was eens een slang'
                             Die was erg bang'
                      want er lag een doode  muis'
               bange slang kroóP van angst in  een                        Er vas eens en vos.
                         En in eens was het  Pang'                        Die vos at mos.
                                                                          Hij  vond het lekker.
                                    groetj es                             Hij  mekkerde als en stekker.
                                    wilmer.                               Toen wad hij  de klos.

                                                                          Groetjes van Roy Ouwerkerk







                                                                       r wos eens een kat
                    was eens een muisje,
                 Hij woonde in een huisje.                           Hij stond op een lat
                 Met een riet dakje,
                 hÍ droeg een mooi pakje.                             Hij sprong noor beneden
                 en blij zijn huisje, was een sluisje.                Longs olle troptreden

                                                                      En plots viel hij oP zijn         9
   34   35   36   37   38   39   40   41