Page 106 - 2020-2021 cursus VPK hemodynamische definitief
P. 106

Hemodynamische waarde                Afkorting               Normale waarde

                 Centraal Veneuze Druk                        CVD                     0 – 8 mmHg

                 Rechteratrium Druk                           RAD                     0 – 8 mmHg

                 Rechterventrikel Druk                        RVD              Systolisch: 20 -25 mmHg
                                                                               Diastolisch: 2 – 8 mmHg

                 Arteria Pulmonalis Druk                       AP              Systolisch: 20 – 25 mmHg
                                                                               Diastolisch: 4 – 8 mmHg
                                                                               Mean: 9 – 18 mmHg

                 Longcapillair of Wedge Druk                  PCWP                    6 – 12 mmHg
                 Tabel 7: Overzicht intra cardiale drukken  (Vacanti et al., 2011)



                   4.3.3.4.   Nazorg na de plaatsing van de katheter
                   •   De sleeve wordt met een polyurethaanfilmverband vastgekleefd zodat  deze binnenin steriel
                      blijft. De sleeve houdt zo de katheter steriel zodat hij kan herplaatst worden als hij niet meer
                      juist gelokaliseerd is.
                   •   De wondverzorging verloot identiek aan de zorg voor een diepe veneuze katheter:
                          o  Reinigen met adequaat product.
                          o  Ontsmetten met chloorhexidine 0,5% in alcohol 70%.
                          o  Laten drogen aan de lucht.
                          o  Steriel verband aanbrengen (gaasverband net na plaatsing of polyurethaanfilmverband
                              als punctieplaats niet nabloedt)
                          o  Katheter veilig vastkleven, zonder op de sleeve te kleven.
                          o  Verband dagelijks vernieuwen.
                          o  Gerichte observaties om infectietekens op te sporen.


                   4.3.3.5.   Gemengd veneuze saturatiebepaling en hartdebietmeting
                   •   Door middel van de Swan-Ganz katheter kan bloed uit de AP afgenomen worden voor O2
                      saturatie (SvO2) bepalingen die dan vergeleken worden met arteriële O2 saturatie voor
                      shuntberekening.

                   •   Met de thermodilutiekatheter kan men ook continu of intermittent het hartdebiet meten.
                          •   Een intermittente hartdebiet of CO meting steunt op het thermodilutieprincipe :
                              "Wanneer aan een onbekend volume (hartdebiet) met een bekende temperatuur
                              (centrale lichaamstemperatuur) een bekend volume met een bekende temperatuur
                              toegevoegd wordt (een afgemeten hoeveelheid ijswater als injectaat, dan kan men uit
                              de meting van de nieuwe bekomen temperatuur het onbekende volume berekenen."
                              Deze meting gebeurt via de Swan-Ganz katheter waarbij constant de temperatuur in
                              de arteria pulmonalis wordt gemeten. Een referentie-thermometerprobe meet de
                              temperatuur van de koude snel geïnjecteerde vloeistof.
   101   102   103   104   105   106   107   108   109   110   111