Page 111 - 2020-2021 cursus VPK hemodynamische definitief
P. 111

Kenmerken sinusaritmie volgens stappenplan:

                      1.  QRS < 0,10 seconden (< 2,5 kleine vakjes).
                      2.  RR-interval is onregelmatig.
                      3.  5 x 10 = 50/’
                      4.  P-toppen zichtbaar voor elk QRS-complex.
                          PR-interval < 0,2 seconden (5 kleine vakjes, of 1 groot vak).
                      5.  PP-interval = RR interval.

               Alle  kenmerken  van  een  sinusaal  ritme  behalve  de  onregelmatigheid.  Dit  kan  variëren  met  het
               ademhalingspatroon: sneller bij inspiratie en trager bij expiratie. Zie Figuur 5.




                     5.1.5.  Sinusarrest
















                 Figuur 109: Sinusarrest (Jones, 2010)


               Kenmerken sinusarrest volgens stappenplan:


                      1.  QRS < 0,10 seconden (< 2,5 kleine vakjes).
                      2.  RR-interval is onregelmatig.
                      3.  6 x 10 = 60/’
                      4.  P-toppen zichtbaar voor elk QRS-complex.
                          PR-interval < 0,2 seconden (5 kleine vakjes, of 1 groot vak).
                      5.  PP-interval = RR-interval.

               De sinusknoop geeft geen impuls op het verwachte tijdstip. Een escape prikkel neemt het voor één of
               meerdere complexen over. Het normale sinusritme wordt dan opnieuw hervat ofwel blijft het escape
               ritme en ontstaat een nieuw hartritme.
   106   107   108   109   110   111   112   113   114   115   116