Page 16 - 20200523
P. 16

16                                                                                   Antilliaans Dagblad Zaterdag 23 mei 2020
  Literatuur





  Gedichten als troost (2)



  Door Fred de Haas
  Altijd zijn er tijden geweest waarin ook de ‘gemiddelde’ mens op zoek ging naar zichzelf en zijn vergankelijke plaats in deze onbegrijpelijke we-
  reld. Filosofen, kunstenaars, schrijvers en dichters doen dit vaker. Een mens leeft niet van brood alleen. Op deze pagina heb ik voor u enkele dich-
  ters geselecteerd die, nu eens eenvoudig, dan weer iets ingewikkelder, hun visie op de natuur, de wereld, zichzelf en de ander hebben verwoord.
  Ze zouden aangevuld kunnen worden met honderden andere woordkunstenaars. Hier reiken een Argentijn, enkele Curaçaoënaars, een Russin,
  een Chileense en een Fransman elkaar de hand. Laten we even rust en afstand nemen van het dagelijkse nieuws uit het rampjaar 2020. U hoeft
  er niet voor naar buiten. Maar wel naar ‘binnen’.
  De vertalingen en bewerkingen zijn van de hand van Fred de Haas.

                                                  Skuridat



        ijdens de Tweede                    dan maar zelf. Daarover
        Wereldoorlog was,                   heeft Jules de Palm ge-  Skuridat             Verduistering
    T vanwege de dreiging                   schreven in ‘Julio Perrenal,  Awor ku lus a disparsé  Nu al het licht verdwenen is
    van Duitse onderzeeboten,               dichters van het Papia-  Kòrsou a bira trist’unbé  en iedereen vol ergernis,
    Curaçao verduisterd, even-              mentse lied’ (De Bezige  I hendenan ta kik fadá  lijkt Curaçao wel een gesticht
    als de andere Caribische                Bij, 1979). Gitarist Julian  Ku nan bentananan será  met alle ramen stevig dicht.
    eilanden. Daarover gaat                 Coco - wie herinnert zich
    onderstaand lied dat werd               niet die geestige, markante  Si bo ke dal un keiru afó  En wil je dan toch ergens heen,
    gemaakt door Jules de                   man? - verzorgde de mu-  Ai perkurá no bai bo so  ga dan maar liever niet alleen!
    Palm, Pierre Lauffer en                 zieknotatie.           Pasobra tin hende golos  Ook boeven gaan er graag op uit,
    René de Rooy. Ze noem-                    Onderstaande Neder-  Ku ke hòrta bo kos     beschouwen je als buit.
    den zich ‘Julio Perrenal’,              landse bewerking kan
    een pseudoniem dat de                   ook in het Nederlands  I si bo dal un stap robes  En als je struikelt, wee, o wee!
    beginletters van hun na-                worden meegezongen.    Tin risk’i kibra bo kabes  riskeer je er je leven mee,
    men bevatte. Het waren                  Ik heb de laatste strofe   Chofùrnan tur ta bon purá  want wegpiraten hebben haast:
    jongens van in de twintig  Pierre Lauffer  hier weggelaten omdat  I abo pober ta matá  het is de dood die op je aast!
    die zich afzetten tegen de              deze te tijdgebonden is.
    overheersende invloed van  lander of de Nederlandse  Dit liedje is ook in het  Si bo ke pasa un ratu bon  En als je toch iets leuks wilt doen,
    vooral Amerikaanse en  taal. Ze spraken alle drie  Papiaments berijmd. Daar  Pasa den alameda, shon,  ga dan maar naar het Stadsplantsoen,
    Latijns-Amerikaanse mu-  het Nederlands voortreffe-  hield Jules de Palm van.  Pa gosa señoritanan
    ziek.               lijk, met dank aan de Fra-  Dan kon je het beter ont-             dan zie je meisjes ’s avonds laat
      Curaçao was nog een  ters. Maar ze wilden vooral  houden, vond hij. Pierre,  Ta namorá nan yònkuman  nog met hun vriendjes over straat.
    kolonie en de Nederlandse  ook liedjes in hun moeder-  daarentegen, vond het
    invloed was groot. Ieder-  taal kunnen zingen en wel  ritme van de taal belangrij-  Mas hopi kos a sosodé  En, o, wat is er veel geschied
    een kende en zong ‘De  op inheemse ritmes. Ze  ker. En dat heeft hij, met  Awor ku lus no ta sendé  - want al dat licht dat was er niet -
    paden op, de lanen in’. De  wilden teksten die hun  veel succes, in zijn latere  Ta ken lo por a pensa esei  Wie zou dat ooit hebben gedacht
    jongens hadden bepaald  echte identiteit weerspie-  werk dubbel en dwars  Promé ku guera t’ei  lang vóór die oorlogsnacht!
    geen hekel aan de Neder-  gelden. En die maakten ze  laten zien.



                                      Tur dia mi ta pèrdè



                                                                      Tur dia mi ta pèrdè    Elke dag verlies ik
    Tur dia mi ta pèrdè
        rida Domacassé (Aru-
        ba, 1938) schrijft,                                           Tur dia mi ta pèrdè    Elke dag verlies ik,
    F behalve in het Neder-                                           Tur dia un tiki mas    Elke dag een beetje meer:
    lands, ook gedichten in                                           Holó dje kas           Geur van het huis
    haar moedertaal, het Papia-                                       Kaminda m’a gatia      Waar ik heb rondgekropen,
    ments. Op oudere leeftijd                                         Lanta para na bentana  Waar ik opstond bij het raam
    kijkt zij terug op de tijd                                        Mira nubia kambia      En keek hoe wolken veranderden
    van haar jeugd die werd                                           Bira ber               In beren,
    opgevrolijkt door het getin-                                      Baka brabu rabu largu  In krullen krabbende katten,
    kel van het orgeltje, door                                        Mira mansa kambia      En keek hoe deeg veranderde
    een omgeving waar de geur                                         Bira pan kayente       In dampend brood,
    hing van ruku en lamoen-                                          Panlefi                Eierkoek en
    gras, waar de zee nooit ver                                       Driguidèk              Kruidkoek;
    weg was en de vissers hun                                         Tur dia mi ta pèrdè    Elke dag verlies ik,
    volle netten binnenhaalden.                                       Tur dia un pida mas    Elke dag een stukje meer:
    Pas veel later begrijpt ze                                        Kaminda frañá          De oneffen en onaffe weg
    hoe belangrijk de taal van                                        Pa skol misa i trabou  Naar kerk, naar school, naar werk;
    de palmboom en het geluid                                         Mira bida kambia       Ik kijk hoe het leven mij veranderde
    van de krekels was. Maar                                          Bira mosa              In jongedame en
    het leven dwingt je afscheid                                      Adulto                 Volwassen vrouw,
    te nemen van de schom-  Elke dag verlies ik geur van het huis.    Pensionado             Gepensioneerde;
    melstoel waar vader uit                                           Tur dia mi ta pèrdè    Elke dag verlies ik,
    verdwenen is en van de  door de hand van moeder  wij allemaal ingehaald door  Tur dia un pida mas  Elke dag een stukje meer.
    citroentjes die niet meer  worden geplukt. Zo worden  de Tijd.
   11   12   13   14   15   16   17   18   19   20   21