Page 44 - OCP
P. 44
11.3.1.1.3 Fair Trade certificering van je fabrieken om eerlijke handel te garanderen
Vervolgens, is er sprake van de certificering. Om als merk de mogelijkheid te hebben om te claimen dat
de productie van je kleding echt eerlijk is of om zeker te zijn dat je kleding eerlijk is geproduceerd, dan
moet de fabriek gecertificeerd zijn. De fabriek moet een Fair Trade certificering krijgen die minimaal
1.500 euro kost en er moet nog wel eens jaarlijks een vernieuwing van die certificering plaatsvinden die
vaak weer een extra 200 euro per jaar kost. Hoe deze certificeringskosten algemeen worden verwerkt
bij een prijsopbouw van een T-shirt, is ons nog onbekend. Dus voor het gemak is deze niet meegenomen
in de totaalberekening van de T-shirt.
11.3.1.1.4 Duurzame materiaal
Het materiaal die wordt gebruikt speelt ook een grote rol in de prijsopbouw. Duurzame en eerlijke
kleren zijn gemaakt van duurzame stoffen. Bij het maken van die duurzame stoffen worden de
processen veel gecontroleerd en wordt er goed omgegaan met de afvalstoffen, waardoor de productie
duurder wordt en daarmee ook de prijs van de stoffen. Die duurzame stoffen zorgen voor een goede
kwaliteit van de kleding die ervoor zorgt dat de kleding lang kan meegaan. Dus men kan zeggen dat de
hoge kwaliteit de dure prijs van duurzaam kleding uitlegt.
11.3.1.1.5 Massaproductie
Volgens het kostenplaatje dat werd geschetst door de Schone Kleren Campagne, gaat 12% van de prijs
van het shirt naar het kledingmerk. Dus hoe meer men produceert, hoe meer men verdient. Dit concept
zorgt ervoor dat massaproductie zeer aantrekkelijk is voor sweatshops, want ze hoeven niet het geheel
van die 12% te gebruiken om zichzelf te onderhouden, ze kunnen een deel daarvan investeren in de
marketing om hun groei te vergoten. Het probleem met massaproductie is dat het geen duurzaam
praktijk is, daarom zijn duurzame merken geen fans van massaproductie. Massaproductie maakt de
productieketen veel complexer om transparant te houden, wat de kans kan vergroten op milieuafval.
Daarnaast betekent massaproductie ook hogere productiekosten en dat kunnen duurzame merken zich
niet veroorloven. Omdat duurzame merken geen massaproductie doen, zijn ze daarom tevreden om de
12% te gebruiken om productiekosten en personeel te betalen.
11.3.1.1.6 Marges van winkels
We hebben gezien hoe het zit voor de merken maar hoe zit het nu voor winkels? Naast al die kosten
gelinkt aan de productie van de kleding, het transporteren van die kleding en daarnaast nog het betalen
van de merken, moeten de winkels nog hun broodje verdienen. Dat is waar de marge intreedt! Wanneer
winkels kleding inkopen, meestal rekenen ze een marge van 2,5. Dus alle de kosten worden opgeteld en
daarna wordt er 2,5 vermenigvuldigt met die som en zo verkrijgt men een prijs! Dit laat toe aan winkels
om er nog aan te verdienen.
~ 44 ~