Page 25 - Qiezel - Starten met leidinggeven
P. 25

                De voortgang
Zo, dat heb je goed weggezet, en nu achterover zitten tot het klaar is! Maar zo makkelijk gaat het helaas niet. Na het verstrekken van de opdracht aan een van jouw medewerkers begint het belangrijkste van jouw werk. Namelijk, de voortgang controleren, constateren dat de voortgang wel of niet volgens plan verloopt en vervolgens ondersteunen of bijsturen waar nodig.
Nadat je werkzaamheden naar een van jouw medewerkers hebt gedelegeerd, is het belangrijk te controleren of jouw opdracht is overgekomen zoals je hem hebt bedoeld. Dit kan je doen door de werknemer even de tijd te geven de boel te laten bezinken en hem, voordat hij begint met het uitwerken van zijn plan, de ruimte te geven om alle vragen te stellen die hij heeft. Vraag hem ook nog eens of hij begrepen heeft waarom het belangrijk is dat deze opdracht wordt gehaald en of hij op voorhand ondersteuning nodig heeft.
Laat de medewerker vervolgens zelfstandig zijn plan uitwerken. Geef hem hiervoor voldoende tijd en laat hem het gemaakte plan met jou terugkoppelen. Tijdens deze terugkoppeling is het zaak dat je kritisch meedenkt. Stel kritische vragen om zeker te zijn dat het plan niet conflicteert met andere plannen die lopen en zorg dat je zeker weet dat de gestelde doelen gehaald zullen worden met dit plan.
Nadat jouw medewerker zijn plan heeft bijgespijkerd en jouw goedkeuring heeft gekregen om het uit te voeren, is het zaak hem het vertrouwen te geven dit ook te doen. Bemoei je niet te veel met de uitvoering. Laat je wel uitvoerig hierover informeren! Spreek vooraf momenten af waarop jij wilt worden geïnformeerd over de voortgang. Spreek af in welke vorm en hoe jullie de voortgang meten. Dit zijn ook de momenten om bij te sturen of te ondersteunen.
            25
                     




























































































   23   24   25   26   27