Page 93 - In de ban van bloedstolling
P. 93

bloeding. Bovendien deed Ten Cate’s vakgroep biochemische studies naar de interactie tussen bloedplaatjes en stollingsfac- toren – in het bijzonder fibrinogeen, factor V en VIII.
Het antistollingseffect van aspirine op bloedplaatjes
Aspirine heeft een onomkeerbaar remmend effect op sommi- ge activeringsmechanismen van bloedplaatjes. Aspirine zorgt ervoor dat bloedplaatjes minder aan elkaar kleven. Het effect is even groot bij lage (40mg) als bij hoge (1g) doseringen en duurt zolang het plaatje leeft – zo’n tien dagen. Omdat per dag circa 10% van de plaatjes wordt vervangen neemt het effect in de tijd af. Het preventieve effect op trombotische risico’s, zoals beroerte of hartinfarct blijft echter bescheiden.
Toch liet Ten Cate zich in zijn onderzoek niet leiden door de biochemie van de hemostase. Hij was vooral geïnteresseerd in wat voor zijn patiënten werkte. Hij behandelde bijvoorbeeld een drietal patiënten met de gevreesde diffuse intravasale stol- ling – een complicatie waarbij al het bloed in het lichaam stolt. Het bloed blijft weliswaar vloeibaar aangezien de stolsels klein blijven, maar omdat de stollingsfactoren wel worden verbruikt gaat deze stoornis gepaard met ernstige bloedingen. Door an- titrombine en stollingsfactoren in te spuiten werden Ten Cate en zijn team deze toestand wonderwel de baas. Deze succes- volle behandeling werd in het gerenommeerde medisch tijd- schrift The Lancet gepubliceerd. Met Ten Cates onderzoekslijn naar de behandeling van stolsels begon trombose in Amster- dam een centraal onderwerp te worden.
69


































































































   91   92   93   94   95