Page 96 - In de ban van bloedstolling
P. 96
De eerste beschrijving van diep veneuze trombose stamt uit de 13e eeuw. In 1271 werd een schoenmaker uit Normandië na aanhoudende zwellingen en pijn in het been geadviseerd het graf van koning Lodewijk IX in Lyon te bezoeken. Na enkele dagen gebed heelde het been op wonderbaarlijke wijze en werd de eerste succesvolle genezing van veneuze trombose opgetekend.
Lang werd vermoed dat DVT bij vrouwen na de bevaling het gevolg was van onvoldoende zogen en er daardoor moeder- melk in de benen werd vastgehouden. Er werd dan ook gead- viseerd borstvoeding te geven om ‘melkbenen’ te voorkomen. Tot in de 19e eeuw werd er zelfs nog heil gezocht in aderla- tingen. Een andere veel gebruikte methode, die tot in de 20e eeuw werd toegepast, was het afbinden van aders om het ont- staan van longembolie te voorkomen. Ook schreef men nog tot in de jaren vijftig een strikt regime van bedrust voor.
Tegenwoordig wordt bedrust juist als een van de oorzaken van het kraambeen beschouwd – in combinatie met stollingsbe- vorderende veranderingen in het bloed van de moeder tijdens de zwangerschap. Deze hormonale veranderingen moeten er juist voor zorgen dat tijdens de bevalling het bloedverlies be- perkt blijft. Antistollingsmiddelen en trombosediensten brach- ten een omkeer teweeg in de behandeling van veneuze trom- bose. Een minimale periode in bed en preventieve antistol- lingstherapie vermindert de kans op DVT aanzienlijk.
Trombose kent een aantal oorzaken. Sommige oorzaken zijn erfelijk, andere hormonaal zoals zwangerschap en pilgebruik. Ook vermindering van de bloedstroom, zoals bij lang stilzitten tijdens ziekbed en lange vliegreizen, verhogen het risico.
72