Page 210 - Bloedstollig en bloedingsneiging
P. 210

198 Bloedstolling en bloedingsneiging
conclusie uit dit werk, ten eerste, dat trombine niet alleen binnen de stolling maar ook binnen de fibrinolyse een rol speelt. Met andere woorden, een schitterend voorbeeld van de hemo- statische balans van Tage Astrup! Ten tweede, dat de samenwerking tussen een stollings- en een fibrinolysedeskundige (i.c. Rogier Bertina en Frits Haverkate) uitermate vruchtbaar kan zijn. Ten derde, dat de ‘grondstof’ fibrinogeen - zonder dat zij daarvan een vermoeden hadden - hierbij een sleutelrol speelt. Frits Haverkate werd hierdoor als fibrinogeendeskundige dan ook ‘blij verrast’.68
Het karakter van het Gaubius als TNO-instituut had echter voorts een inherent problema- tische kant. De belangrijkste wetenschappers van het instituut waren ‘opgevoed’ in de tradi- tionele universitaire wetenschapsbeoefening. Met andere woorden, hun belangrijkste focus lag op publiceren in vooraanstaande tijdschriften. Anderzijds werd van hen toegepast werk verwacht. Dat dit een tegenstelling is blijkt bijvoorbeeld uit het onvermogen om, in samen- werking met Organon-Teknika, de ontwikkelde fibrinolyse-testen goed te vermarkten. Pas na verloop van tijd werd duidelijk waaraan een dergelijke test zou moeten voldoen om een commercieel succes te zijn: deze moet onder andere simpel zijn uit te leggen, en dat waren de Organon-Teknika testen niet. Anderzijds hadden de mensen van het Gaubius - met name Frits Haverkate - veel succes met de standaardisering van het Europese programma ECAT (zie hoofdstuk XV).69
Het karakter van het Gaubius als TNO-instituut heeft waarschijnlijk ook bijgedragen aan successen die eerder biologisch dan chemisch waren. Bijvoorbeeld bleek de activiteit van fibrinolytische processen afhankelijk te zijn van inspanning door het lichaam, van het tijdstip waarop werd bemonsterd, et cetera. Hier vertaalde de nadruk die Brakman altijd had gelegd op het menselijk lichaam (onder afwijzing van dierstudies) zich in verrassende biologische observaties die elders niet zo snel gedaan zouden zijn.70
Het was wel enigszins ironisch dat aan het eind van de 20ste eeuw het Gaubius Instituut weer meer de richting van atherosclerose zou opgaan, toen het met andere TNO-instellingen fuseerde.
Aan het eind van de 20ste eeuw werkten er op een bepaald moment bij het Gaubius nog maar vijf mensen die de start drie decennia eerder nog mee hadden gemaakt. Frits Haverkate, naast Brakman één van de Founding Fathers van het Leidse fibrinolyse-onderzoek, conclu- deert in een recent interview dat het Gaubius Instituut niet is opgeheven maar dat het als het ware is gelyseerd! Overigens is de naam Gaubius blijven voortleven in een gebouw op het Leiden Science Park: het Gaubius-laboratorium.


































































































   208   209   210   211   212