Page 26 - Geluk
P. 26
Ben zweeg, keek voor zich uit met een nietsziende blik. Brian reageerde met een nauwelijks merkbaar knikje, pakte twee sigaretten uit een pakje, hield ze beide tussen duim en wijsvinger, bood er een aan, stak de ander zelf in zijn mond en streek een lucifer af.
Het werd laat die avond. Ben die nog een laatste rondje had besteld, kon Brian ervan weerhouden luid een lied van Robert Burns te gaan zingen. “Then let us pray that come it may, as come it will for a' that, that man to man the warld o'er, shall brithers be for a' that.” kwam er toch nog halfluid uit zijn mond gewalmd. Hij hief zijn glas, nam grijnzend een denkbeeldig applaus in ontvangst, leegde het in een keer en voor hij het kon neerzetten werd het met zijn maaginhoud weer gevuld. Tevreden over deze redelijk schone wijze van vomeren stak hij zijn hand op en verordonneerde: “Nu dan nu echt de laatste”.
❦
Ben kauwde, gezeten voor een wit velletje papier, een tijdje op zijn balpen. En begon te schrijven.
Beste Ben,
Zo gaat het niet goed. Je moet echt wat aan je wijze van leven doen. Je zwelgt in zelfmedelijden en eist ontferming van anderen. Dat kan niet goed blijven gaan. Bovendien besta je voor een veel te groot deel uit alcohol.
Ga iets met je leven doen. Geen gezever van goede voornemens, geen geouwehoer.
24