Page 115 - 2020-2021 cursus VPK hemodynamische definitief
P. 115
5. Kan niet beoordeeld worden.
Het gevolg van de atriale flutter en fibrillatie is dat de atriale contractie of atriale kick wegvalt.
Hierdoor daalt het hartdebiet met ongeveer 25%. Wanneer de patiënt ook tachycard is dan is de
diastole zeer kort. Hierdoor is er nog een verdere afname van het HD. De patiënt is dan zeer
duizelig en valt in syncope. Dit is een urgentie.
5.3. AV-junctioneel ritme
Figuur 115: AV-junctioneel ritme (Jones, 2010)
Kenmerken AV-junctioneel ritme volgens stappenplan:
1. QRS < 0,10 seconden (< 2,5 kleine vakjes).
2. RR-interval is regelmatig.
3. 300 = ± 50/′
± 6
4. P-toppen zijn niet zichtbaar, ofwel kunnen die negatief zijn (retrograad).
PR-interval kan niet beoordeeld worden.
5. Kan niet beoordeeld worden.
Een AV-junctioneel ritme ontstaat ter hoogte van de AV-knoop, juist ervoor of juist erna. Hierdoor is
de P-top niet zichtbaar of negatief juist vóór of kort na de QRS. Hier valt de atriale contractie ook niet
op het juiste ogenblik in de diastole waardoor het hartdebiet verlaagd is. De hartfrequentie is lager dan
de sinusale frequentie. Doorgaans 40 à 60 bij de volwassen. De ontladingsfrequentie daalt immers op
de lagere niveaus van het geleidingssysteem. Figuur 116 geeft een overzicht.