Page 11 - ANTILL DGB
P. 11
Antilliaans Dagblad Donderdag 15 februari 2018 ADVERTORIAL 11
deze wet en regelingen niet inwerking zijn getreden dat Verweerder uit oogpunt van zorgvuldigheid en ter voorkoming van willekeur de tijd
moet nemen om op grond van objectieve vast te stellen beleidscriteria een beslissing te nemen”.
De advocaat heeft de hiervoor genoemde beleidscriteria niet meegestuurd. Dit is een beleidsstuk dat relevant is voor de rechter om tot een
oordeel te komen. In het verweerschrift (punt 1) schrijft Wilfred Flocker: “De verwijzing naar een beleid van een Minister van Onderwijs van
het voormalig Land Nederlandse Antillen kan ABC in casu ook niet baten aangezien ABC geen bewijs in het geding heeft gebracht dat
Verweerder na 10-10-10 dit beleid heeft overgenomen en heeft toegepast.”
Met andere woorden: de advocaat doet alsof het erkenningsbeleid van het voormalige Land Nederlandse Antillen na 10-10-10 niet is
gecontinueerd. Dat is een pertinente leugen. Hij doet alsof er een nieuw beleid is. Maar dat nieuw beleid heeft hij niet opgestuurd voor de
rechter.
Wat de advocaat op dat moment niet wist, was dat ABC de volledige interne e-mailcorrespondentie van het Ministerie van Onderwijs in
haar bezit heeft.
Zoals hiervoor is aangegeven, heeft de secretaris van de vorige Minister van Onderwijs, de heer Kleinmoedig op 5 april 2017 de e-mail met
de erkenningscriteria, dat hij van het Ministerie van Onderwijs heeft ontvangen voor ABC geforward.
De toegezonden erkenningscriteria bestaan uit twee ongedateerde brieven zonder handtekening en registratienummer van de voormalige
Ministers van Onderwijs, mevrouw Leeflang en mevrouw Dick. Mevrouw Leeflang was minister in de periode 2006-2010 en mevrouw Dick
in de periode 2013-2016. De erkenningscriteria bestaat uit een opsomming van stukken die we moesten indienen: uittreksel van de
Kamer van Koophandel, vestigingsvergunning, diploma en cv van docenten, studiegids, rapport van de brandweer en namenlijst.
ABC mag erop vertrouwen dat het beleid (de zogenoemde erkenningscriteria), die zij op 5 april 2017 (dus na 10-10-10) in opdracht van de
Minister van Onderwijs heeft ontvangen, wordt toegepast bij de beoordeling van onze aanvraag. ABC heeft haar aanvraag volgens deze
erkenningscriteria op 8 september 2017 ingediend, zodat wij voldoen aan de eisen die het Ministerie van Onderwijs stelt. Nu doet de
advocaat Wilfred Flocker alsof het ministerie andere criteria hanteert.
Na raadpleging van de Curaçaosche Courant en de lokale kranten blijkt dat de minister in de periode tussen 5 april 2017 en 8 september
2017 geen enkele beleidscriteria heeft gepubliceerd. Het zal ons niet verbazen dat deze minister in staat is om een ongedateerde brief
zonder handtekening en registratienummer uit haar hoge hoed te toveren.
Beleid moet openbaar zijn. Beleid moet worden bekendgemaakt via de Curaçaosche Courant, lokale kranten en op de website van het
ministerie Het geheimhouden van het beleid leidt tot WILLEKEUR bij het verlenen van erkenning. 'DW LV HHQ HUQVWLJH ]DDN
Inspecteur Generaal
In het verweerschrift (punt 3) van advocaat Wilfred Flocker staat: “Zo zal Verweerder in de aanvraagfase de Inspectie Onderwijs een
belangrijke rol toebedelen om de kwaliteit te waarborgen”.
Inspectie Onderwijs staat onder toezicht van Rubia Bitorina, INSPECTEUR GENERAAL. Rubia Bitorina is de zus van Maikel Bitorina,
senior beleidsmedewerker bij Inspectie Onderwijs. Het onbeschofte optreden van Maikel Bitorina tijdens de vergadering van 13 december
2017 in het gebouw van Inspectie Onderwijs roept bij ons een aantal vragen op Als Maikel Bitorina niet de ambtenaar is, die het dossier
van ABC zal afhandelen, waarom moest hij tijdens de vergadering aanwezig ]LMQ" :DDURP ZDV 5XELD %LWRULQD GH ,163(&7(85
*(1(5$$/ WLMGHQV GH YHUJDGHULQJ QLHW DDQZH]LJ" :DDURP PRHVW ]LM KDDU EURHU VWXUHQ"
Integriteit
ABC heeft op 22 januari 2018 een klacht tegen Susan Larmonie van Heydoorn bij Minister-president Rhuggenaath ingediend. Susan
Larmonie van Heydoorn heeft cruciale informatie over de rechtszaak achtergehouden. Zij had als leidinggevende de advocaat Wilfred
Flocker moeten voorzien van alle stukken die betrekking hebben op de zaak. Zij had de advocaat duidelijk moeten informeren welke
erkenningscriteria van toepassing zijn. Susan Larmonie van Heydoorn heeft die informatie bewust achtergehouden. Het corrumperend
gedrag van Susan Larmonie van Heydoorn tast de integriteit van het Ministerie van Onderwijs.
De advocaat gaat ook niet vrij uit. Ter voorbereiding op de rechtszaak had hij de cliënt moeten vragen om een kopie van de oude én de
nieuwe erkenningscriteria.
ls reactie op onze klacht, mailt de Minister van Onderwijs de volgende dag en ze schrijft: “Entretantu mi a sinta ku nos ekspertonan i a
kompronde ku nan ta trahando riba e petishon algun luna. I ku tin sierto aspektonan ku ainda mester verifiká di moda ku por kaba di
atendé e petishon ku e diligensia i koutela nesesario. Nos espektativa ta ku e por ta kla dentro di poko. Nos ta dependé di algun konseho
mas pa finalisá e petishon. Nos ta hasi nos trabou di forma responsabel”.
De zogenoemde “ekspertonan” (lees: meervoud) hebben bijna vijf maanden de tijd nodig om een uittreksel van de Kamer van Koophandel,
een vestigingsvergunning, diploma en cv van docenten, studiegids, rapport van de brandweer en namenlijst van studenten te bestuderen.
Op 13 december 2017 had de beleidsdirecteur Susan Larmonie van Heydoorn in tien minuten tijd geconstateerd dat de stukken in orde
waren. In de tussentijd hebben wij een collectie van twee dode mussen.
Slechte voorbereiding
De advocaat Wilfred Flocker en de ambtenaren hebben zich slecht voorbereid op de zaak. Ze hebben niet eens de moeite genomen om onze
stukken te lezen. In punt 5 van het verweerschrift schrijft de advocaat: “Maar als een instelling erkende diploma’s en certificaten wil
kunnen uitreiken moet men wel voldoen aan de voorwaarden die in de wet worden gesteld. Eén van de voorwaarden bijvoorbeeld is het
sluiten van een onderwijsovereenkomst (artikel 3, eerste lid onder d LvSBE)”.
Hierop reageren wij: “Belanghebbende wil het gerecht graag verwijzen naar bijlage 16 van het beroepschrift: Algemene voorwaarden
behorende bij de studieovereenkomst. Art. 13 lid 1 luidt als volgt: “De studieovereenkomst bestaat uit de Onderwijs- en examenregeling
(OER), de studiegids, het inschrijfformulier en de algemene voorwaarden”. Zie bijlage 13 van het beroepschrift voor de studiegids. Zie
bijlage 15 van het beroepschrift voor de Onderwijs- en examenregeling (OER)”.
In het verweerschrift (punt B) schrijft Wilfred Flocker: “Mocht het Gerecht van mening zijn dat ABC ontvankelijk is in haar verzoek dan
dient gesteld te worden een termijn van 3 dagen om te beslissen onredelijk kort is gelet op de belangen de op het spel staan”.
Wij zijn met hem volledig eens. Drie dagen zijn onredelijk kort. ABC heeft op 8 september 2017 een aanvraag ingediend en ging op 11
december 2017 in beroep. Dat zijn 3 maanden én 3 dagen. Onze advocaat-stagiaire heeft zeker diep in het glas gekeken.