Page 25 - WIJ-Deel 4_2023_WEB
P. 25

OP REIS MET EEN OVERLEDENE
            Vanuit het Zorgkantoor ontvingen wij het signaal dat
            een zorgverlener voor een budgethouder in ruim 10
            maanden 208.078 kilometer had gereisd. De kilometers
            zouden betrekking moeten hebben gehad op het woon-
            werkverkeer van  de desbetreffende zorgverlener. Voor
            de  duidelijkheid  mocht je  vanuit  DSW naar  Moskou
            willen reizen dan zou dat volgens Google Maps
            betekenen dat je 2.495 kilometer moet autorijden. Met
            andere woorden 208.078 kilometer in 10 maanden zijn
            aardig wat kilometers en helemaal met de wetenschap
            dat de zorgverlener de partner van de budgethouder is
            en op hetzelfde adres als de budgethouder woonachtig
            is.


            Wij hebben uiteraard de budgethouder om een
            toelichting gevraagd. De budgethouder verklaarde
            dat het aantal gemaakte kilometers onder andere
            betrekking had op een reis naar het buitenland die hij
            met zijn zorgverlener en zijn moeder had gemaakt om
            de begrafenis van zijn oma bij te wonen. Een duidelijke
            specificatie van zijn reis had hij niet, omdat zijn moeder
            de  registratie van de reis  zou hebben bijgehouden
            en zij zou de registratie nooit aan de budgethouder
            hebben overhandigd. Bovendien kon hij de registratie
            niet bij zijn moeder opvragen aangezien zij inmiddels
            was overleden. De budgethouder was bereid om een
            overlijdensakte naar  ons op te  sturen waaruit zou
            blijken dat zijn moeder was overleden.

            Wij  hebben   de  desbetreffende  overlijdensakte
            ontvangen en hieruit blijkt dat de moeder van de
            budgethouder inderdaad was overleden. Op grond van
            de overlijdensakte kunnen wij echter ook concluderen
            dat  de  moeder  van  de  budgethouder  nooit,  in  de
            periode die door de budgethouder was aangegeven,
            mee op reis kon zijn geweest en daarmee ook nooit een
            registratie van de reis had kunnen maken. De moeder
            van de budgethouder was namelijk reeds voor aanvang
            van de desbetreffende reis overleden.

















                                                                                                                    25
   20   21   22   23   24   25   26   27   28   29   30