Page 164 - Als doden een gezicht krijgen_Het DVI Team
P. 164

DVI  16-10-2007  09:42  Pagina 164







                               leden  werd  in  1992 afgesloten  met  getuigenissen  uit  Hongarije.
                               Het waren brieven en postkaarten die met stellige zekerheid moes-
                               ten  bewijzen  dat  de  zogenaamde  verdwenen  familieleden  nog
                               in leven waren en in Hongarije hun weg hadden gezocht en ge-
                               vonden.
                                  Pas vier jaar later ontdekte de Hongaarse politie dat die brie-
                               ven  vals  waren,  figuranten  de  rol  van  de  verdwenen  kinderen
                               hadden  gespeeld  en  er  kennelijk  hele  scènes  op  het  getouw  wa-
                               ren gezet om vooral geen vragen te stellen bij de verdwijning van
                               de familieleden. Regisseur in dit toneelspel was dominee Andras
                               Pandy. Om kort te gaan, als puzzel kon het tellen.
                                  Dat  waren  de  gegevens  waarmee  ‘Susse’  Monsieur  op  mijn
                               bureau kwam. Kijk, als je een dossier zoals dat van Andras Pandy
                               onder ogen krijgt, kun je twee dingen doen: je zucht en legt het
                               links  of  je  bekijkt  het  langs  alle  kanten  en  je  geeft  de  onderzoe-
                               kers  de  ruimte  om  hun  ding  te  doen.  Ik  heb  resoluut  voor  dat
                               laatste gekozen.

                               Zonder lijk
                               De zaak-Pandy op zich was niet echt een fantastisch grote zaak,
                               al  ging  het  natuurlijk  wel  om  een  man  die  ervan  werd  verdacht
                               meer dan de helft van zijn familie te hebben uitgemoord. Dat is
                               erg,  maar  het  is  ‘besloten’,  er  is  een  begin  en  een  einde  aan.  We
                               hadden de ‘daders’, de mensen die deze moorden misschien wel
                               hadden  gepleegd  en  we  hadden  slachtoffers  die  we  in  de  brede
                               omgeving  rond  die  mensen  moesten  zoeken.  Het  moeilijke,  en
                               de grote uitdaging in deze zaak, lag in het feit dat we geen lijken
                               hadden. Niets is zo moeilijk als een moordzaak zonder lijk waar-
                               in de hoofdverdachte alles ontkent.
                                  Daar sta je dan als onderzoeksrechter. Je hebt een dossier met
                               de bekentenissen van een vrouw die zegt dat zes van haar fami-
                               lieleden  door  haar  vader  zijn  vermoord.  Je  hebt  een  hoofdver-
                               dachte, de vader, die volhoudt dat zijn dochter raaskalt en liegt.



                                                           164
   159   160   161   162   163   164   165   166   167   168   169