Page 27 - Brochures_Lessen
P. 27

                                   Waarschuwing in dichtvorm met afbeelding over de gevaren van de kermis. Enkhuizer Almanak tot Nut van ’t Algemeen, 1846. Collectie Nationaal Onderwijsmuseum
van het vervloeien van aangeleerde kundigheden bij jongelieden, na het verlaten der scholen, met aanwij- zing van gepaste middelen tot voorkoming daarvan. Het rapport kwam uit in de reeks ‘Verhandelingen’ en was dus de winnaar van een uitgeschreven prijsvraag. Het Nut leverde altijd kwaliteit – en zelden half werk.
BOTER BIJ DE VIS
Al gauw kreeg het Nut groot gezag in allerlei onder- wijszaken en kreeg zelfs de kans om tot een betere, landelijke structuur van het onderwijs te komen. Al in 1796 had de Maatschappij daarover ideeën geformu- leerd in de Algemeene denkbeelden over het Nationaal Onderwijs. Die ideeën landden weliswaar niet direct, maar werden in 1806 vrijwel onverkort overgenomen in de nieuwe, aangescherpte Onderwijswet. Die wet markeerde de opbloei van het Nederlands onderwijs en zou tot 1857 meegaan. Er kwam klassikaal onderwijs. Leerkrachten moesten een goede opleiding krijgen en via een examen hun bevoegdheid verwerven. Er kwam een landelijke inspectie voor het onderwijs. Ouders moesten via schoolgeld aan het onderwijs bijdragen. En in het lesprogramma dienden naast welomschreven vakken, ook maatschappelijke en christelijke deugden een plek te krijgen.
pen. In de eerste helft van de 19e eeuw begon de strijd van katholieken en protestanten voor eigen scholen: vrijheid van onderwijs. De grondwet van 1848 voorzag daar al in hoge mate in. Het Nut vreesde echter dat veel scholen een religieus karakter zouden gaan dragen. De Maatschappij pleitte dat het openbaar onderwijs zijn plek zou behouden, dat in iedere plaats tenminste één openbare school zou komen. In de onderwijswet van 1857 werd die wens gehonoreerd. Het Nut leverde toen boter bij de vis: talrijke ‘Nutscholen’ gingen over naar het openbaar onderwijs.
Grote lijnen, kleine details, de geschiedenis van de Maatschappij tot Nut van het Algemeen en van de onderwijsgeschiedenis waarin zij zo’n grote rol heeft gespeeld, houdt in het Nationaal Onderwijsmuseum nooit op.
Nationaal onderwijs bleek uiteindelijk te hoog gegre-
25



























































































   25   26   27   28   29