Page 57 - De man die het nieuws voor wilde blijven
P. 57

dronken was stond niet in verhouding tot het verzieken van de Kerst. Steevast viel hij, aan het begin van de avond, letterlijk met de deur in huis en probeerde door een stortvloed van gescheld de boel op te leuken. De laatste gezamenlijke Kerst hadden zijn broer en hij, toen zijn vader met veel geraas stond te plassen, de wc-deur dichtgedaan en een stoel onder de kruk gezet. Het duurde toen nog vrij lang voordat hij stopte met tieren. Dit was zijn straf omdat hij die hele periode van langzaam dronken worden ergens anders had gevierd. Hij kwam pas als het te laat was. Levend of dood, hij zou hem niet uitnodigen.
Na lang wikken en wegen viel zijn moeder ook af. Om te beginnen hield ze helemaal niet van religie of andere poespas en moest dat ook vaak zeggen. Met Kerst deed ze het liefst niets en dat verkondigde ze dan ook 364 dagen per jaar, om dan toch op eerste Kerstdag te verschijnen en lekker mee te eten. Eén jaar had hij haar niet uitgenodigd, maar de hele Kerst barstte hij zo van het schuldgevoel dat de gehoopte opluchting geheel teniet werd gedaan. Zijn moeder, gestorven van verdriet, kon dus beter niet komen.
De gastenlijst bevatte verder nog zijn ongeboren kinderen, die hem regelmatig bezochten, maar met Kerst altijd verstek lieten gaan. Hij had ze al een paar keer uitgelegd dat hij geen gezeur wilde met de feestdagen en dat het feit dat ze niet-geboren waren al een geweldig cadeau was. Moest hij ze soms nog herinneren aan de cadeautjes die zijn vader meenam? De cadeautjes van zijn vader bestonden vaak uit een Broodje van Kootje, authentiek Leidseplein, helemaal geplet bij een val. Vaak half om.
55


































































































   55   56   57   58   59