Page 72 - Altrobiografie
P. 72
vlakbij het Vrijthof) in zijn werkkamer, omringd door boeken die in ordelijke rijen de hoge wanden bedekken, leek hij meer op een nogal verlegen zeer belezen heer, die te oordelen naar de klarinet, fagot en schitterende geluidsinstallatie, veel aan muziek doet.
Maar de kaper in hem herleefde en vertelde fascinerend over 'het geheimzinnig mechanisme dat maakt dat je niet doodbloedt aan een wond, maar ook aderverkalking veroorzaakt, en hartinfarct: de stolling van het bloed'. 'Begrijpt u waarom een wond ophoudt met bloeden?' vroeg hij verleden jaar in zijn rectorale rede. 'Snapt u waarom sommige mensen een hartinfarct krijgen en anderen niet? Hoe je dit zou kunnen voorkomen? Ik zou u mee kunnen nemen op reis naar de wereld van de plasma-eiwitten en bloedplaatjes, de vaatwand en de bloedstroom waar het antwoord op die vragen te vinden is. U zou de stollingsfactoren leren kennen als de personages uit een toneelstuk. En net als wij, die het onderzoek doen, een gevoel krijgen van niet meer te kunnen wachten om te zien hoe het verder gaat. Hopend dat we er straks zoveel van weten, dat we kunnen voorstellen op welke manier je hemofilie, hartinfarct en beroerte kunt genezen.'
In zijn onlangs gehouden rede (13-1-1984) noemde Hemker de wetenschapsbeoefenaar 'een bedreigde diersoort waarvoor de universiteit geen reservaat blijkt te zijn. Hij komt er alleen nog wel voor omdat hij tegelijkertijd politicus is of ondernemer of onderwijsdeskundige, of van dat alles een beetje. Of rector magnificus. Wetenschapsbeoefening is een particuliere hobby die nauwelijks leidt tot academische erkenning. Sterker nog: wie zich als wetenschapper dreigt te ontpoppen wordt aangevallen door verlokkingen welke die van de heilige Antonius in de schaduw stellen: het glinsterend goud van het ondernemerschap, de slang met gespleten tong van de politici, het aureool van de sociale weldoener, de leunstoel van de bureaucratie en de hangmat van de bestuursfunctie.'
De titel van zijn 'verontrustende rede' over de relatie geneeskunde en exacte wetenschap was ontleend aan een gedicht van Leo Vroman: Een zachte machine. Mens is een zachte machine/een buigbaar zuiltje met gaatjes/propvol tengere draadjes/ en slangetjes die dienen/voor niets dan tederheid.
Leo Vroman was geschokt toen hij voor het eerst een konijn na een proef moest doden. Kun je je dat voorstellen?
'Natuurlijk,' zegt hij driftig plukkend aan de ruige snor die maar een klein deel van zijn mond vrij laat. 'Ik houd er ook niet van. Proeven op apen daar kan ik helemaal niet tegen.' Heb je die wel 's gedaan?
'Nee, alleen het lezen erover vind ik al vreselijk.'
Leo Vroman zei in het interview met mij: je kunt wel vergelijkingen maken maar uiteindelijk is het toch een dier dat op een proef reageert en geen mens.
'Maar vaak lijken de reacties erg op elkaar. Bij een hartoperatie bij voorbeeld moet je precies weten waar je opereren moet. Je kan moeilijk zieke mensen aan al die onderzoeken onder- werpen. Je kan wel zeggen, als het bij een dier zo zit, moet ik bij die zieke mensen dat en dat doen. Je maakt een goedkoop horloge open en je gaat ervan uit dat de inhoud van het dure horloge dat je moet repareren wel ongeveer net zo zal zijn.
Maar proefdieren moeten natuurlijk met even veel zorg worden omringd als jij en ik wanneer we geopereerd worden. Antivivisectie mensen denken dat we voor de lol de beesten pesten,' zegt hij driftig, `de dieren worden keurig behandeld, goed verdoofd, dat gebeurt door dierenartsen.'
Opvliegend
De dierenarts Coenraad Hendriksen zei in een interview met de Volkskrant dat hij ontslag nam bij het dierenlab van het Centraal Instituut voor Voedingsonderzoek/TNO; hij keert zich nadrukkelijk tegen de vele onnodige dierproeven.
72