Page 105 - In de ban van bloedstolling
P. 105

Het bleek dat dit al werkte als het snoer maar zo’n twintig sui- kers lang is. Bovendien geldt dat hoe korter de suikerketen van het heparinemolecuul is, hoe minder interactie het met allerlei andere stoffen en oppervlakken in het lichaam aangaat. En dus hoe minder de bijwerkingen – zoals bloedingen en hoe lan- ger de levensduur in de bloedbaan. Daarom hoeft dit kleinere heparinemolecuul, laagmoleculair heparine (LMWH) geheten, maar een of twee keer per dag te worden ingespoten in plaats van drie tot vier keer.
Een nadeel van alle heparines is dat ze de PT niet verlengen en de aPTT alleen bij hoge concentraties. Hun werking bij de patiënt kan dus niet nauwkeurig worden gecontroleerd. Daarom worden ze meestal in standaarddoses gegeven of op basis van het lichaamsgewicht – ondanks het feit dat het effect van dezelfde dosis heparine bij individuele patiënten enorm kan verschillen.
81


































































































   103   104   105   106   107