Page 138 - Bloedstollig en bloedingsneiging
P. 138

126 Bloedstolling en bloedingsneiging
Kadertekst IX.1
Lange reeks van initiatoren van de bloedplaatjesaggregatie genoemd in een artikel uit 197034
Adenosine diphosphate Adenosine tetraphosphate 3-Deoxyadenosine-5’-
diphosphate 1-N -Oxide of
adenosine diphosphate 2-Chloroadenosine-5’-
diphosphate
Adenosine triphosphate Cytidine-5’-diphosphate Uridine-5’-diphosphate Guanosine-5’-diphosphate Inosine-5’-diphosphate Epinephrine
Norepinephrine
Serotonin
Long-chain saturated fatty acids Collagen
Thrombin
Trypsin
Papain
Pronase
Bovine pancreatic elastase Some snake venoms Antigen-antibody complexes Gamma-globulin-coated
surfaces Heat-aggregated
gamma-globulin Antiplatelet antibodies Fibrinogen antibody Antithrombosthenin antibody Myxoviruses
Bacteria
Bacterial endotoxin Staphylococcal alpha-toxin Particulate material Polystyrene particles Quartz
Titanium dioxide
Cobalt
Carbon
Kaolin
Glycogen
Uric acid crystals
Thorotrast
Zymosan
Fibrinogen degradation products Fibrin monomer
Enzyme from Aspergillus oryzae Dextran
Oxime esters
Liquoid (heparinoid)
Triethyl tin
Methyl mercuric nitrate
(low concentration) Thimersol
Fluoride
Nicotine
Digitonin Dimethyl sulfoxide Neuraminidase Polylysine
Het Thrombosis Research Centre maakte onderdeel uit van het Temple University Hospital en Akkerman verwachtte daar tussen de patiënten te staan. Maar die situatie was jaren daarvoor opgeheven omdat de research zich zo uitbreidde. Toen hij daar was, was de situatie zo dat men aan de ene kant van North Broad Street een groot universitair ziekenhuis had terwijl aan de andere kant van diezelfde straat de research was gelokaliseerd. Opmerkelijk genoeg was de relatie tussen beide partijen het spreekwoordelijke water en vuur. Vervolgens was het - uiteraard - zo dat de clinici eigen laboratoria gingen bouwen om aan proefschriften te kunnen werken. Maar denk niet dat zij gingen luisteren naar de verhalen van de onder- zoekers aan de andere kant van de straat - de biochemici - die daar het basale werk deden. Ironisch genoeg zat er nauwelijks meer dan twintig meter straat tussen beide ‘kampen’ maar die twintig meter vormde een enorme barrière. De les die Akkerman eruit trok was dat re- search en de kliniek geografisch gezien met elkaar verbonden moeten blijven. Het losmaken van beide door research in een apart gebouw te lokaliseren is volgens Akkerman altijd een onzalige gedachte. En immers, juist die verbintenis had hem naar Sixma’s groep gevoerd.38
Akkerman zou een belangrijk initiator blijken van het toegankelijk maken van kennis over hemostase en trombose voor een breder publiek dan alleen de deskundigen. In het door hem geschreven boekje Laboratoriumonderzoek van hemostase en trombose (1983), uitgegeven door Boehringer Mannheim, geeft hij een overzicht van de beschikbare kennis. Indachtig het speerpunt van Sixma’s laboratorium in Utrecht begint hij in dat boekje met eerst de bloed- plaatjes, dan de stolling, en vervolgens de fibrinolyse, et cetera.
Het onderzoek naar de interactie tussen bloedplaatjes en bloedstolling in strikte zin op moleculair niveau is onder meer op gang gekomen in het begin van de jaren zeventig. Dat was vooral een verdienste van mensen uit Maastricht, waaronder de uit Utrecht overgekomen


































































































   136   137   138   139   140