Page 161 - Bloedstollig en bloedingsneiging
P. 161

X. Mochtar, Van Mourik en Bouma 149
enerzijds stolling in plasma en anderzijds de aggregatie van bloedplaatjes gescheiden experi- mentele werelden waren, een overstap van het één naar het ander niet bevorderden. Wat enigs- zins onderkoeld in een interview met Bouma werd aangeduid als ‘Bingo!’ moet toch een echt Eureka-moment zijn geweest. Met dat experiment werd namelijk een verbinding gelegd tus- sen bloedstolling in plasma en bloedpropvorming door bloedplaatjes. Twee experimentele paradigma’s stonden op het punt bij elkaar te komen.
Hemostase bij de mens wordt inmiddels gezien als een gecombineerd proces van bloed- stolling en het vormen van een bloedprop door cellulaire elementen. Echter, in een experiment wordt de ‘natuur’ op een modelmatige wijze gemanipuleerd zodat er conclusies uit getrokken kunnen worden. Daarvoor is het nodig dat experimentele systemen fundamenteel vereenvou- digd worden ten opzichte van de ‘natuur’, en daardoor kunnen experimentele werelden van elkaar gescheiden raken. Maar de vooruitgang die met zo’n experimenteelsysteem werd be- reikt, i.c. de moleculaire zuivering van factor VIII met fysisch-chemische middelen zoals gelchromatografie, maakte dat dit preparaat betekenis kreeg in zowel het experimentele sys- teem van Mochtar / Van Mourik, dat behoorde tot hemofiliestudies, als dat van Bouma, dat was geconcentreerd rond bloedplaatjes en de ziekte van von Willebrand. Een onverwachte en enorme verrassing was natuurlijk het feit dat factor VIII-isolaten niet zozeer factor VIII- moleculen omvatten maar vooral dragereiwit dat de afwijkingen bij ziekte van von Willebrand experimenteel bleek te corrigeren. Factor VIII was dus eerder bijrijder dan hoofdcomponent.
Wat valt er op dit moment in onze geschiedenis te zeggen over de institutionele orga- nisaties die deze experimenten in Nederland mogelijk hebben gemaakt? In de eerste plaats natuurlijk het belang van de integratie van het hemostase-lab binnen de hematologie in het AZU. Het werken met bloedplaatjes vereist een hoge verwerkingssnelheid van het humane materiaal. Oplosbare stollingsfactoren zijn veel robuuster en kunnen tegen een stootjes: er is tijd om een kop koffie te drinken nadat ze zijn geïsoleerd. Voorts, dat Bonno Bouma de voor- dracht van Jan van Mourik hoorde kwam natuurlijk doordat er in Nederland overlegstructuren waren van wetenschappers die op het terrein van de hemostase en de trombose werkten (deze netwerken zullen worden besproken aan het eind van dit boek, in hoofdstuk XX).
Om op het internationale toneel mee te tellen moeten er uiteraard wetenschappelijke suc- cessen worden behaald. Dat wil niet zeggen dat er bij een belangrijke vinding vanzelf inter- nationaal succes uit voortkomt. Zoiets vereist een actieve inzet van onderzoeksleiders, en in Nederland liepen er wat dat betreft voldoende capabele mensen rond. En als dergelijke contac- ten eenmaal gelegd zijn dan is het relatief gemakkelijk een volgende generatie te introduceren bij zo’n internationaal netwerk.


































































































   159   160   161   162   163