Page 21 - Bloedstollig en bloedingsneiging
P. 21
I. Een historisch-analytische inleiding 9 Foto I.5
Hal met standhouders op ISTH 2013, RAI Amsterdam (© ISTH2013, met toestemming)
I.3 Structuur van het boek
Het verhaal van dit boek wordt verteld in drie dimensies die uiteraard met elkaar verweven zijn en dus alleen analytisch kunnen worden onderscheiden: (i) een chronologie van de genees- kunde waarin algemene, ook internationale ontwikkelingen aan de orde komen; (ii) een dif- ferentiatie naar Nederlandse T&H-organisaties zoals bloedtransfusiedienst, trombosedienst, universitaire laboratoria, et cetera; (iii) een differentiatie naar individuele wetenschappers en wetenschappelijke teams in Nederland waarbij wederom de internationale context niet uit het oog wordt verloren.
– ad (i)
Dit boek over fundamenteel en medisch T&H-onderzoek in Nederland heeft de geschiedenis van de geneeskunde als achtergrond. Binnen de geneeskunde van de 20ste en de 21ste eeuw zijn een aantal breuklijnen te onderkennen waarmee we het historisch materiaal zullen orde- nen. De namen van de perioden vormen slechts een etiket voor de verandering die plaatsvond ten opzichte van de daaraan voorafgaande periode; deze aanduidingen zijn uiteraard niet ken- merkend voor ál het werk dat in betreffende periode werd gedaan. De gehanteerde perioden en breuklijnen zijn als volgt.
De traditionele geneeskunde (de premoleculaire periode)
De eerste breuklijn vinden we rond de jaren vijftig van de 20ste eeuw. Tot dan toe zou- den we de geneeskunde kunnen karakteriseren als traditionele geneeskunde, gebaseerd op symptomenleer. Afgezet tegen de erop volgende periode kunnen we spreken van de premole- culaire periode. In het boek Symptomenleer (drie banden, 1950, 1953, 1960) van F.L.J. Jordan (die we later zullen tegenkomen als grondlegger van de eerste trombosedienst in Nederland) stelt deze dat het onderwijskundig handig is om uit te gaan van symptomen in plaats van ziek-