Page 271 - Bloedstollig en bloedingsneiging
P. 271

XVI. Erfelijkheid of omgeving in Leiden 259
In 1974 was de gedreven stollingsonderzoeker Coen Hemker verkast naar Maastricht met medeneming van het merendeel van zijn medewerkers (zie hoofdstuk XI). Nagenoeg de hele inventaris van zijn laboratorium stond inmiddels in het zuiden, wat had geleid tot een aanva- ring met het Leidse universiteitsbestuur. In het voorjaar van 1985 was Jan Veltkamp na een slepende ziekte overleden (hoofdstuk VII). Enige tijd daarvoor had Ernest Briët de leiding van het stollingslaboratorium van de Leidse Interne Geneeskunde van Veltkamp overgeno- men. In datzelfde jaar publiceerde Fredi Loeliger zijn boekje over de standaardisering van de protrombinetijd, waaraan hij enkele jaren had gewerkt; gedurende die tijd had hij zich terug- getrokken uit het afdelingswerk. De leiding van de Leidse trombosedienst was overgegaan naar Ria (M.J.) Boekhout-Mussert terwijl sinds 1979 het werk van RELAC werd uitgevoerd door en onder leiding van Ton van den Besselaar. Menig wetenschappelijke afdeling in zo’n situatie zou er maar moeilijk in slagen om onder deze mutaties en verliezen uit te komen en zou daarna een kwijnend bestaan lijden.
Maar niet zo in Leiden! In het begin van de jaren negentig van de vorige eeuw vierde het stollingsonderzoek in de Medische Faculteit en het Academisch Ziekenhuis Leiden hoogtij.4 Het Leidse T&H-onderzoek stond bovenaan lijstjes met meest geciteerde wetenschappers. De groep had onder meer de mutatie ‘factor V Leiden’ ontdekt, een wapenfeit dat hen we- reldberoemd zou maken. Dit wapenfeit werd soms tot vervelens toe gememoreerd, zodat het ook wel eens leek dat de Leidenaren verder niets meer hadden gedaan om trots op te zijn. Dat was zeker niet het geval, zoals we in de rest van dit hoofdstuk zullen zien. En dat het een foto-finish was geweest wie de betreffende mutatie het eerst publiceerde, dat deed niet terzake. In de wetenschap is het nu eenmaal zo: Winner takes all!
De wetenschappelijke successen van Bertina en Rosendaal waaraan Van Es refereerde, waren gebouwd op de fundamenten gelegd door Veltkamp, Loeliger en anderen. Maar het wetenschapshuis dat de nieuwe generatie bouwde werd niet door die fundamenten gedetermi- neerd. In tegendeel, het nieuwe bouwwerk brak radicaal met de oude inzichten welke behoor- den tot de traditionele wetenschapsdisciplines uit de levenswetenschappen: de biochemie en de klassieke genetica. De Leidse doorbraken gebeurden vooral doordat er nieuwe benaderin- gen aan werden toegevoegd, namelijk de moleculaire biologie en de klinische epidemiologie. Dragers van deze baanbrekende initiatieven waren biochemicus Rogier Bertina en moleculair bioloog Pieter Reitsma, clinicus Ernest Briët, en de klinisch-epidemiologen Jan Vandenbrou- cke en Frits Rosendaal. De specifieke invulling die de klinische epidemiologie in Leiden met deze grondleggers kreeg was een voorloper op dit gebied. Het bestond uit een uitzonderlijke koppeling van laboratorium, kliniek en populaties waarmee iets nieuws tot stand kwam. De rol van erfelijkheid en risicofactoren bij het ontstaan van trombose is een aspect dat moeilijk op andere wijze was te bestuderen. In deze zin gaat dit hoofdstuk zowel over stollingsfactoren als over succesfactoren.5
XVI.2 Biochemie en genetica van bloederziektes
De tijdens de Tweede Wereldoorlog geboren Rogier Bertina volgde zijn middelbare school in Amsterdam en studeerde scheikunde aan de Universiteit van Amsterdam. In een tijd dat dat nog gewoon was nam hij voor zijn doctoraalstudie de tijd (acht jaar) maar zijn promotie rondde hij juist in korte tijd af. Hij promoveerde in december 1972 bij de inmiddels vertrouw- de biochemicus E.C. Slater. Dat wil zeggen dat hij werd opgeleid in de traditie van de studie van multi-enzymsystemen. Bertina trachtte inzicht te krijgen in de organisatie van een mem- braangebonden multi-enzymsysteem door een aantal specifieke remmers toe te passen. Ook


































































































   269   270   271   272   273