Page 142 - BOEK SELG.indb

Rudolf Steiner — Leven en Werk ǁ Band I
leerde”. In deze werken van Fichte stuit- te ik op een soort ideaal dat ik zelf wilde nastreven.’ 165
Begin oktober 1879 begon Rudolf Stei- ner zijn studie aan de Technische Hoge- school. Hij was toen 18 jaar en 7 maanden oud. Een moment dat biografisch gezien opmerkelijk was166 en gesitueerd in een tijd waarin zich in cutuurhistorisch op- zicht een groot aantal omwentelingen vol- trokken.167
Zijn Fichte-lectuur ging daar direct aan vooraf en bereidde zijn toetreding tot de Hogeschool voor. Fichte had in Jena, Erlangen en Berlijn voor zijn stu- denten gesproken over de eigenlijke be- tekenis van de academische studie, over het doel en de opgaven daarvan.
De redevoeringen die hij daar hield en niet lang daarna in gedrukte vorm ver- schenen, markeerden als het ware het bio- grafische portaal waardoorheen Rudolf Steiner zijn eigen weg naar de Hogeschool betrad; het begin van een werkexpeditie
die als in praktijk gebrachte geesteswetenschap, in zekere zin levenslang zou duren. Fichte had zijn studenten in Jena beschreven dat het de specifieke op- gave van het geestelijk leven, van het onderwijs, en van de studie is, om de hu- maniteit te bevorderen, om de “zedelijke veredeling van de gehele mens” te sti- muleren en deze mogelijkerwijs tot “volkomenheid” te voeren:
165 Rudolf Steiner: Mein Lebensgang. [GA 28]o, p. 52. Ned. uitg. p. 52. (Curs.P.S)
166 Zie Wilhelm Hoerner: Zeit und Rhythmus. Die Ordnungspunkte der Erde und des Menschen. Stuttgart: Verlag Urachhaus 1978; Florian Roder: Die
Mondknoten im Lebenslauf. Stuttgart: Verlag Freies Geistesleben 2005.
167 Over het verband van Rudolf Steiners werk aan de Ik-filosofie van Fichte
en het later door hem beschreven Michaëlstijdperk m.i.v. de herfst van 1879, zie Sergej O. Prokofieff: Rudolf Steiner en de grondvesting van de nieuwe mysteriën. Rotterdam: Perun Boeken 2005, pp. 32 e.v.
142
© Rudolf Steiner Archiv, Dornach