Page 154 - 2020-2021 cursus VPK hemodynamische definitief
P. 154

diuretica,  ACE-remmers  en  β-blokkers.  Hoewel  deze  medicijnen  de  symptomen  van  patiënten
               verbeteren, reageert niet iedere patiënt hierop en voorkomt deze behandeling het voortschrijden van
               deze  slopende  en  dodelijke  ziekte  niet.  In  de  studie  van  Cleland et al., (2005)  werd  cardiale
               resynchronisatietherapie (CRT) uitgevoerd bij ernstig zieke volwassen hartfalenpatiënten met ‘cardiale
               dyssynchroniteit’. Bij deze zorgvragers is er een elektrische stoornis in de linkerhartkamer, waardoor
               deze niet meer als één geheel samentrekt. De coördinatie is verdwenen waardoor de pompfunctie van
               het hart ernstig tekortschiet. Cardiale resynchronisatietherapie (CRT) maakt gebruik van een speciale
               pacemaker, die bij iedere slag van het verzwakte hart het achterblijvende deel van de hartspier van de
               linkerkamer met een elektrisch pulsje stimuleert zodat deze weer als één geheel samentrekt. De CARE-
               HF  studie  (Cardiac  Resynchronisation  in  Heart  Failure)  heeft  meer  dan  800  patiënten  met  cardiale
               dyssynchroniteit  onderzocht  in  82  ziekenhuizen  in  12  Europese  landen.  Naast  bovengenoemde
               medicijnen  kreeg  de  helft  van  de  patiënten  ook  een  speciale  pacemaker  die  middels  onmerkbare
               elektrische  pulsjes  de  pompfunctie  van  het  hart  weer  gecoördineerd  laat  verlopen.  Beide  groepen
               patiënten  werden  vervolgens  ca.  2,5  jaar  gevolgd.  De  resultaten  van  de  studie  waren  zeer
               indrukwekkend.  Het  aantal  ziekenhuisopnames  en  het  aantal  sterfgevallen  nam  met  meer  dan  één
               derde af in de groep die naast de medicijnen ook de speciale pacemaker had gekregen. Bij veel patiënten
               werd de hartfunctie zelfs weer zo goed, dat men weer vrijwel normaal kon functioneren (Cleland et al.,
               2005). Recentere studies bevestigen dat patiënten een betere gezondheidsgerelateerde levenskwaliteit
               hebben met een CRT behandeling naast een sterke mortaliteitsreductie  (Altman et al., 2012).


               Wanneer  de  patiënt  problemen  heeft  van  mogelijke  levensbedreigende  ventrikeltachycardieën  of
               ventrikelfibrillatie  kan  een  automatische  implanteerbare  cardioverter  defibrillator  (AICD)  geplaatst
               worden. Dit AICD kan tevens de functies van pacemaker uitvoeren i.g.v. bradycardie. Bij patiënten met
               ernstig hartfalen en ventriculaire aritmieën wordt een CRT-AICD ingeplant.

























                Figuur 156: CRT – AICD (Medtronic, 2012)
   149   150   151   152   153   154   155   156   157   158   159