Page 35 - 2020-2021 cursus VPK hemodynamische definitief
P. 35
2.3.2. Prioriteit voor het primaire probleem
2.3.2.1. Ondersteuning van het ventrikel falen
®
In geval van ventrikelfalen zal dobutamine (Dobutrex ) gecombineerd worden met milrinone
(Corotrope ) om de afterload te verminderen. Indien de hypotensie persisteert wordt ook noradrenaline
®
®
(Levophed ) geassocieerd, op die manier wordt de coronaire perfusie verbeterd. Ook adrenaline vindt
zijn plaats in de behandeling van shock.
Dobutamine heeft een predominante β1 effect wat het hartritme verhoogt (positief chronotroop) en de
contractiekracht van de ventrikels versterkt (positief inotroop). Daarnaast heeft het een milde β2 en α1
effect en verlaagt het de systeem en pulmonaire vasculaire weerstand. Ondanks deze afterload reductie
kan na dobutamine toediening een bloeddrukstijging waarneembaar zijn doordat de C.O. toegenomen
is. Dobutamine wordt via een centraal veneuze katheter toegediend aan een debiet tussen 1 en 25
µg/kg/’ (Paw & Shulman, 2010).
Milrinone is een selectieve phosphodiesterase III remmer wat resulteert in een toename van de C.O.,
daling van de PCWP en de systeem vasculaire weerstand zonder significante toename van de
polsfrequentie en het myocardiaal zuurstofverbruik. Milrinone heeft een positief inotroop effect.
Milrinone en dobutamine geven een daling van de SVR wat kan resulteren in een persisterende
hypotensie. In dit geval wordt noradrenaline geassocieerd. Milrinone wordt via een intraveneuze
katheter toegediend. Een oplaaddosis van 50 µg/kg over 10 minuten, om de bloedspiegel binnen het
therapeutisch venster te houden volgt een continue infuus aan 0,375–0,75 µg/kg/’ (Paw & Shulman,
2010).
®
Levophed heeft een uitgesproken α1 effect wat leidt tot een bloeddrukstijging door vasoconstrictie een
toename van de SVR. Noradrenaline vermindert de nier-, lever- en de spierdoorbloeding. In geval van
septische shock zal noradrenaline de renale doorbloeding verhogen waardoor de urineproductie
verbetert. Zodra het intravasculaire volume is hersteld, moet de mean arterial pressure (MAP) worden
hersteld tot een niveau dat de renale perfusie optimaal behoudt. Concreet moet de MAP boven de 70
mmHg (of hoger bij hypertensieve patiënten) gehouden worden. Noradrenaline wordt via een centraal
veneuze katheter toegediend aan een debiet tussen 0,01 en 0,4 µg/kg/’ (Paw & Shulman, 2010).
®
Levophed moet steeds via een centraal veneuze katheter toegediend worden. Indien het wordt
toegediend via een perifeer infuus leidt dit tot weefselnecrose (Deneire & Matthijs, 2011).
Adrenaline heeft een effect op de β1, β2 & α1 receptoren van het lichaam. In een lage dosis (< 10 µg/kg/’
) heeft adrenaline een uitgesproken effect op de β1 receptoren. De positieve inotrope (toegenomen
contractiliteit) & positieve chronotrope (toegenomen hartslagfrequentie) effecten resulteren in een
gestegen hartdebiet. De vasodilatatie die ontstaat na activatie van de β2 receptoren wordt
geneutraliseerd door de matige activering van de α1 receptoren (vasoconstrictie). In een hogere dosis (>
10 µg/kg/’) heeft adrenaline een uitgesproken effect op de α1 receptoren met een uitgesproken
vasoconstrictie als gevolg. Daarenboven blijven de hemodynamische effecten door activering van de β1
receptoren, namelijk een toegenomen C.O. wel bestaan (Paw & Shulman, 2010).