Page 22 - Het staatsrecht van het Mangkoenagarase Rijk

HOOFDSTUK II.
De inrichting en vervulling der ambten van
het Mangkoenagarase Rijk alsmede
hun onderlinge taakverdeling.
We beginnen met voor U de inrichting en vervulling der
ambten van het Mangkoenagarase Rijk, alsmede hun onderlinge
taakverdeling te schetsen.

6. Het Hoofd van het Mangkoenagarase Huis.
Aan de top van de hele Mangkoenagaranse organisatie staat
de Zelfbestuurder zelf. Conform de brief van P. G. van Over-
straten ddo. Soerakarta 14 Augustus 1792 eerder reeds genoemd
moet men om tot Hoofd van het Mangkoenagarase Huis be­
noemd te worden een telg zijn van de eerste Mangkoenagara, de
stichter van het Mangkoenagarase Rijk. Ook moet men daarvoor
geschikt worden bevonden door de Nederl. ind. Regering. We
zullen hieronder zien, dat de Regering bij haar benoemingen tot
Hoofd van het Mangkoenagarase Huis steeds een zekere erfop­
volging in acht heeft genomen.
De eerste twee Mangkoenagara's (grootvader en kleinzoon)
waren op voordracht van het Nederlandse Gezag door de Soe-
soehoenan van Soerakarta benoemd en in het openbaar ter Siti-
lnggil geinstalleerd.
Te beginnen met Mangkoenagara II moeten de Mangkoenaga­
ra s bij hun verheffing een acte van verband met de Ne­
derl. Ind. Regering tekenen. Door de tweede Mangkoenagara ge­
beurde de ondertekening ten kantore van de Resident van Soe­
rakarta. Verder weten we van deze Mangkoenagara heel weinig,
doch van diens opvolger veel meer.
Op verzoek van Mangkoenagara II, welk verzoek gesteund
werd door de Resident van Soerakarta, werd bij geheime Reso­
lutie van 29 Mei 1832 La. E. besloten deszelfs kleinzoon Pa-
ngeran Aria Prang Wadana in al zijn rechten en landerijen te
doen opvolgen.
Als zodanig kreeg deze de naam en titel van Pangeran Adi-
pati Aria Prangwadana en de rang van Kolonel in dienst van het
Nederlandse Gouvernement en Commandant van het in dienst
van Hetzelve staande Legioen, waarvoor hij een aparte acte ontving.

16