Page 26 - Het staatsrecht van het Mangkoenagarase Rijk
P. 26
van wat aan eerst genoemde functionaris toekwam) waarnam.
Nadat Raden Mas Aria Gandakoesoema tot majoor bevorderd
was, kwamen de functies van patih djaba en patih djero Raden
Ngabei Mangkoeredja volledig toe, wat het patih djeroschap be
treft zoals dit geworden is na Wignjawidjaja's verscheiden d. i.
nadat het bestuur over de Poetra Senatana daarvan afgezonderd is.
Zo bereidde men de staatsrechtelijke status van de Patih van
Mangkoenagaran voor. Zoals gezegd was Mangkoeredja de eerste
patih, die de rang kreeg van bopati en de titel droeg van Toe-
menggoeng. Dit gebeurde bij de reorganisatie van het Mangkoe-
nagaranse Rijksbestuur van omstreeks 1848.
Men zou kunnen verwachten, dat bij die reorganisatie aan
de Regent Patih vastomlijnde instructie werd gegeven. Wel neen!
P a s o n d e r h e t b e s t u u r v a n M a n g k o e n a g a r a V ( d e ijd v a n d e fi
t
nanciële debacle), toen Raden Mas Toemenggoeng Aria Sebrata
Regent Patih van Mangkoenagaran werd, opvolgende de naar Pa-
dang (Sumatra's Westkust) verbannen functionaris, in 1888.
De rang van „Regent Patih van Mangkoenagaran" werd offi
cieel vastgesteld bij pranatan van het Hoofd van het Mangkoe-
nagarase Huis opgenomen in Rijksblad 1917 no. 37.
De Regent Patih van Mangkoenagaran wordt niet zoals de
patihs der beide grotere Zelfbestuurders (Soesoehoenan en Sultan)
benoemd door de Nederl. Ind. Regering, maar door de Mangkoe
nagara, zijn Heer. Hij is dus zuiver Rijksambtenaar, in te
genstelling met zijn collega's bij de Soenan van Soerakarta en
de Sultan van Djakjakarta. Toch wijsteen clausule van zijn eeds
formulier opgenomen in Rijksblad 1924 no. 8 indirect op een
gehoudenheid aan de Ned. Ind. Regering ( geen af
breuk te zullen doen aan 's Vorsten goede verstandhouding met
het Gouvernement enz " ).
Alvorens de dienst te aanvaarden moet de Regent Patih,
evenals alle andere Inlandse ambtenaren vanaf de rang van rangga
en daarboven, een ambtseed afleggen. Zoals we net hebben ge
zegd, wordt deze materie geregeld bij de pranatan opgenomen in
Rijksblad 1924 no. 8.
Nadat de verplichte ambtseed afgelegd is, wordt de nieuw be
noemde Regent Patih in het openbaar geinstalleerd. Deze instal
latie gebeurt ten overstaan van alle ambtenaren, die opgeroepen
zijn ter bijwoning van b. v. de herdenkingsdag der verheffing van de
regerende Vorst in het midden gedeelte van de grote pendapa. Bij die
20