Page 30 - Vroege Herinneringen
P. 30
nog kunnen zeggen dat
ik de volgende dag wel
thuis zou komen. Van
Musis Sacrum naar het
hospitaal. Wij moesten
ons melden bij de admi-
nistratie en daar werd mij
gezegd dat we voorlopig
in observatie zouden
worden opgenomen. Ik
had daar ernstig bezwaar
tegen en zei dat ik niet
wilde blijven maar direct
door wilde naar huis. Dat
werd mij in alle ernst ont-
raden, omdat ik nog niet onderzocht was door een arts, enz. Ik wilde toch met alle geweld naar huis en mocht. Wel moest ik een verklaring ondertekenen dat ik voor eigen rekening en risico ging. Dat deed ik.
Naar huis
Ik haastte mij naar het station om de laatste trein naar Amsterdam te halen. Het was op het nippertje, toen ik het perron op kwam, begon de trein net te rijden. Ik rukte een deur open, sprong in de trein en stond oog in oog met mijn vriend Gerrit, die zijn vriendin uit Arnhem opgehaald had. Dat veroorzaakte nogal was opschudding.
Hollandse militairen zag je toen niet meer. Ik was gekleed in een vrij shabby uni- form toen de vriendin van soldaat Gerrit mij meteen vroeg of ik Henny nog gebeld had. Ik zei haar dat ik daar geen tijd voor gehad had en dat ik met zeer veel moeite de laatste trein gehaald had. Thuis werd ik pas de volgende dag verwacht. De eerste die mij verwelkomde was onze hond Willy. Ik kwam de straat inlopen en hij kwam als een speer op me af. Later hoorde ik van mijn va- der dat de hond tijdens mijn afwezigheid de gewoonte had aangenomen als hij in de verte een soldaat zag eropaf te rennen en als hij dichterbij kwam en zag dat hij zich vergiste, draaide hij zich teleurgesteld om. Thuis werd ik als de ver- loren zoon ontvangen. Ik werd uitgebreid bekeken, ik moest vele malen mijn hemd uittrekken, iedereen vond het wel meevallen en dat ik er goed uitzag. Mijn moeder was licht teleurgesteld dat ik niet de volgende dag was gekomen. Ze vertelde mij dat de buurt zo geweldig meegeleefd had met de familie. De men- sen hadden een comité gevormd, geld ingezameld en voorbereiding getroffen
28
Musis Sacrum