Page 102 - In de ban van bloedstolling
P. 102

dies en statisch onderzoek zouden in de algehele Nederlandse geneeskunde als gangbare standaard worden ingevoerd. De Amsterdamse klinische epidemiologie bracht hiermee de arts
en diens ervaringen aan het front van het medisch-wetenschappelijk onderzoek.
De Amsterdamse revolutie in behandeling en onderzoek
In Amsterdam werd de vakgroep Hemostase en Trombose op- gericht waarmee Ten Cates groep binnen het Wilhemina Gast- huis aanzienlijk werd uitgebreid. Naast de hemofilie kwam er een steeds grotere groep van trombosepatiënten bij. Hierbij volgde de kersverse vakgroep Hirsh’ aanbeveling op om kli- nisch onderzoek niet te richten op verschijnselen die zeldzaam zijn, maar juist aandoeningen te bestuderen die relevant zijn voor grote aantallen patiënten. Ten Cate en Büller toetsten daarom de Nederlandse klinische praktijken bij de behande- ling en preventie van trombose.
Een belangrijk uitgangspunt was dat de gangbare klinische diagnosemethoden van diep veneuze trombose en longem- bolie inaccuraat en vaak erg gedateerd waren. De symptomen waarop bij lichamelijk onderzoek naar DVT werd gelet, zoals kuitpijn, roodheid, oedeem, warmte, uitgezette aderen, pijn op de borst, hoesten en koorts, waren verre van specifiek. Ze komen ook voor bij een groot aantal niet-trombotische aan- doeningen, zoals een ontstoken kniegewricht, spierscheuring, longontsteking of een klaplong. Erger is dat veel trombose - vooral postoperatief - niet wordt herkend voor het te laat is.
78


































































































   100   101   102   103   104