Page 284 - Bloedstollig en bloedingsneiging
P. 284

272 Bloedstolling en bloedingsneiging
welke zich in de graviditeit voordoen.35 En omdat veneuze trombose in het been bij bedle- gerigheid na een bevalling regelmatig voorkomt (vroeger ook wel een ‘melkbeen’ genoemd) was er enige logica in het idee dat gebruik van de pil aanleiding kon geven tot veneuze trom- bose. Onderzoek naar dergelijke bijwerkingen van ovulatieremmers was moeilijk omdat het gebruik van placebopreparaten uiteraard ongewenste consequenties zou hebben.
De pil was oorspronkelijk ontworpen, met sterke steun van internationale organisaties, ter beteugeling van de bevolkingsgroei in ontwikkelingslanden. Daar werd het echter nooit wat met de pil. Toen de anticonceptiepil begin zestiger jaren op de markt kwam, was er veel zorg over één mogelijke bijwerking, het ontstaan van borstkanker. Wat niemand voorzien had, in geen enkel diermodel of met geen enkele proef, was dat de pil trombose zou veroorzaken, zowel veneus als arterieel. Na meerdere case-reports, en vele commissies die zich over oor- zaak en gevolg bogen, volgde een stortvloed van epidemiologisch onderzoek, in zeventiger en tachtiger jaren. Ja, inderdaad, de pil veroorzaakte trombose. Pilgebruiksters hadden ongeveer vier keer meer kans op veneuze trombose dan niet-gebruiksters. Om verschillende redenen besloot men dat de oestrogene component de hoofdschuldige was, en men besloot die zo veel mogelijk te verlagen: tot 50 en daarna tot 30 microgram ethinylestradiol, of lager.36
De betrokkenheid van de Leidse stollingsonderzoekers bij onderzoek naar pilgebruik en veneuze trombose vond eigenlijk plaats op verzoek van de industrie. Jan Vandenbroucke ver- telt in een interview: ‘Het begon eigenlijk met een vraag vanuit Organon zelf. Zij vertelden: we hebben een probleem. De Wereld Gezondheids Organisatie (WHO) heeft een analyse ge- daan waaruit blijkt dat onze pil [van de derde generatie, tvh] kan leiden tot meer trombose dan andere pillen. Er was een internationaal case control-onderzoek gedaan door de WHO. Organon stelde: wij denken dat het niet waar kan zijn om die en die redenen.’ Omdat Van- denbroucke geen geheimhoudingsverklaring wilde tekenen mocht hij de stukken niet inzien. Toen werd Vandenbroucke het probleem mondeling voorgelegd en hij concludeerde dat de argumenten van Organon weinig hout sneden, en hij herinnert zich dat hij dat ook aan zijn gesprekspartner overbracht.37
Vervolgens bracht Vandenbroucke in dat men in Leiden in het LETS-onderzoek pilgebruik-gegevens had genoteerd en dus kon men dit ook nakijken. Via gynaecoloog Frans Helmerhorst hadden zij een promovendus, Kitty Bloemenkamp, die de kwestie interessant vond. In twee weken tijd hadden ze in Leiden het antwoord en ze vertelden Organon dat ze precies hetzelfde vonden als in de WHO-studie. Dát was een grote verrassing! Ze deelden alle resultaten mee aan Organon en kondigden aan te publiceren. Van de WHO hadden ze gehoord dat die in de The Lancet zou publiceren en daarom werd het Leidse manuscript ook daarheen gestuurd. Het verscheen in The Lancet in december. Ook een derde groep was door Organon benaderd en ook zij stuurden hun resultaten op naar The Lancet. In hetzelfde nummer van dat blad uit 1995 verschenen toen drie studies, die alle drie eenzelfde verhoogd risico vonden bij de ‘derde-generatiepil’, in vergelijking met oudere soorten orale contraceptie.38
Het is een nogal forse strijd geworden, zowel in de publiekspers als in de wetenschap- pelijke pers, tussen academische wetenschappers en de industrie, voor welke laatste er veel R&D-investeringen op het spel stonden. Maar ook voor de academici op het terrein van hemo- stase en trombose stond er veel op het spel: de kwantificering van het tromboserisico rond pilgebruik was een excellente gelegenheid om het conceptuele netwerk rond hemostase en trombose te testen. Eerst verscheen er werk waarin werd aangetoond dat de pil en factor V Leiden aanleiding gaven tot meer trombose; vervolgens, dat dit effect nog meer uitgesproken was voor de derde-generatie pil. Daarna lieten ze zien dat dit ook zo was voor wat betreft het effect in vitro op de bloedstolling. Dat de derde-generatie pil een sterkere interactie met Fac-


































































































   282   283   284   285   286