Page 44 - Bloedstollig en bloedingsneiging
P. 44
32 Bloedstolling en bloedingsneiging
Het Nederlandse Rode Kruis had een belangrijke rol bij de organisatie van bloeddonaties en -inzameling en het faciliteren van bloedtransfusies. Daartoe beschikte het over het een fijnmazig netwerk van lokale afdelingen en bloedbanken. Het NRK zag in trombosediensten een aantrekkelijke ‘vredestaak’. Het Rode Kruis was verknoopt geraakt met oorlog en dreigde opnieuw in een militair conflict betrokken te raken: de politionele acties in Nederlands-Indië. Officieel werden deze geen oorlogshandelingen genoemd maar daarover werd ook anders gedacht.
III.4 Het Nederlandse Rode Kruis
Het Internationale Rode Kruis is vooral verbonden met de strijd voor de volksgezondheid en met het verlenen van hulp bij rampen.8 Het Rode Kruis had vele levens gered tijdens de twee wereldoorlogen. Maar tegelijkertijd was het verstrikt geraakt in het ‘faciliteren’ van de oorlogsvoering door hulpverlening aan beide kanten van de strijdende partijen. Het inzamelen van bloed en het verschaffen van bloedtransfusies aan oorlogsslachtoffers - hetzij militairen of burgers - had toch de schijn opgeroepen van te grote betrokkenheid bij oorlogsvoering.9 In ieder geval was het voor het Nederlandse Rode Kruis zeker aantrekkelijk om haar activiteiten uit te breiden tot een terrein dat met recht een vredestaak kon worden genoemd.
De door Jordan in Utrecht opgezette trombosedienst inspireerde H. Boom, geneesheer- directeur van het Rode Kruis Ziekenhuis in Den Haag, tot oprichting van een trombosedienst onder verantwoordelijkheid van de afdeling ’s-Gravenhage van het NRK.10 Vervolgens stelde het Hoofdbestuur van het NRK een studiecommissie in om te onderzoeken of het Rode Kruis op dit gebied een taak zou moeten hebben. Er werd een positieve conclusie getrokken. Een belangrijk motief daarvoor was het gegeven dat het NRK beschikte over een landelijke or- ganisatie die het mogelijk maakte om centraal medische gegevens te verzamelen. Zo was het mogelijk om mogelijke nadelige gevolgen van de antistollingstherapie te registreren. Door het landelijk verzamelen van gegevens kon het werk van de trombosediensten, zo was de ar- gumentatie, op een hoger wetenschappelijk niveau gebracht worden. Ook kon er vanuit het NRK op centraal landelijk niveau worden onderhandeld met de Ziekenfondsraad over de ver- goedingen door de volksverzekeringen voor de dienstverlening van de trombosediensten. Het NRK zag duidelijk een taak voor zichzelf weggelegd.
Het zoeken naar artsen die voelden voor oprichting van een trombosedienst verliep niet via de strikte organisatielijnen van het NRK maar langs informele contacten. Het resultaat was dat er door deze spontane werkwijze trombosediensten werden opgericht die behoor- den tot een afdeling van het Rode Kruis, terwijl andere werden opgericht als zelfstandige stichtingen. Rode Kruis-afdelingen waren soms terughoudend omdat de financiering van een trombosedienst volstrekt onduidelijk was. De Ziekenfondsraad had namelijk gesteld dat de ziekenfondsen wel een bijdrage zouden geven voor de verrichtingen, maar dat er geen sprake kon zijn van een integrale kostenvergoeding.
In de herfst van 1953 besloot een Studiecommissie van het Nederlandse Rode Kruis om hun hoofdbestuur te adviseren een commissie in te stellen die de oprichting van trombose- diensten onder NRK-vlag zou moeten voorbereiden.11 Dit advies resulteerde er uiteindelijk in dat zelfs een drietal commissies werden ingesteld: (i) de Centrale Commissie voor de Trom- bosedienst van het Nederlandse Rode Kruis, die tot taak had de grote richtlijnen aan te geven waarlangs het werk van de trombosediensten zich zou moeten ontwikkelen; (ii) de Werkcom- missie voor de Trombosedienst, die met de dagelijkse leiding van de diensten werd belast; en (iii) de Wetenschappelijke Commissie voor de Trombosedienst, die werd geacht oplossingen