Page 61 - Bloedstollig en bloedingsneiging
P. 61
IV. Centraal Laboratorium Bloedtransfusiedienst 49 Foto IV.7
Productie van containers door het CLB (n.d.) (© Sanquin, met toestemming)
IV.4 Speurwerk van het Centraal Laboratorium
Meer wetenschappelijk gericht waren taken op het gebied van onderzoek naar geneeskundige toepassingen van bloed en, meer in het bijzonder, onderzoek op het gebied van immunopa- thologie, immunogenetica en immunochemie. Ook had het vroege CLB een opleidingstaak, namelijk de wetenschappelijke en praktische training van artsen en laboratoriumpersoneel uit binnen- en buitenland en van de militaire bloedbank.17
Jip Spaander was de eerste directeur van het CLB. Deze vertrok in 1950 naar het Rijks Instituut voor de Volksgezondheid (RIV) in Bilthoven waar hij algemeen directeur werd.19 Spaander werd in dat jaar als CLB-directeur opgevolgd door Joghem J. van Loghem. Laatst- genoemde was in het Wilhelmina Gasthuis in Amsterdam opgeleid als intern geneeskundige. In 1945 werd hij gedetacheerd bij het CLB als reserveofficier van gezondheid. Hij werd be- noemd tot hoofd van de afdeling Bloedgroepenserologie met als speciale opdracht om het typeren voor de Rh-factor D op te zetten, een typering die in Nederland nog onbekend was gebleven. Om in dit vakgebied deskundigheid te verwerven, bezocht hij het laboratorium van de beroemde onderzoekers Robert Russell Race en Ruth Sanger van het Lister Institute of Preventive Medicine in Londen. Race was een humaan geneticus en directeur van de daar gevestigd Blood Group Unit van de Medical Research Council.20 Daar werd de ethermethode ontwikkeld voor het fractioneren van bloedplasma ter verkrijging van fibrinogeen, trombine, albumine en immunoglobulines. Tot in de jaren 1970 hield het Lister Institute het hoofd boven water door vaccins te bereiden en te verkopen (later kwam het instituut in serieuze financiële problemen).
Van Loghem maakte zich in Londen vertrouwd met de bloedgroepenserologie en immunohematologie. Hij behield de functie van (wetenschappelijk) directeur tot aan zijn pen- sionering in 1979. Onder zijn leiding groeide het CLB snel uit door het samenvoegen van