Page 201 - Als doden een gezicht krijgen_Het DVI Team
P. 201

DVI  16-10-2007  09:42  Pagina 201







                               de  vermiste  jongens  had  liever  het  laboratorium  van  professor
                               Cassiman van Leuven ingezet, maar het DVI wilde dat wij, zoals
                               voorzien,  het  DNA-onderzoek  van  de  beenderen  zouden  doen.
                               Het was een vervelende situatie. De ouders van de jongens had-
                               den alles gedaan wat ze konden doen om hun kinderen terug te
                               vinden.  Ze  hadden  zelf  heel  wat  initiatieven  genomen.  Ze  leef-
                               den al maanden in onzekerheid en het feit dat er wel beenderen
                               waren  gevonden  maar  niemand  aan  de  andere  kant  van  de  we-
                               reld  wilde  of  officieel  kon  bevestigen  dat  het  om  hun  kinderen
                               ging,  moet  ondraaglijk  zijn  geweest.  Als  we  nu  zo  ver  stonden
                               dat  we  beenderen  hadden  om  te  analyseren,  dan  was  dat  vooral
                               dankzij  de  onverdroten  inzet  van  de  families  van  de  verdwenen
                               jongens.  We  hadden  geen  zin  om  die  mensen  in  deze  omstan-
                               digheden  met  protocollen  en  samenwerkingsakkoorden  lastig  te
                               vallen.  We  wilden  hen  tegemoetkomen,  maar  dat  kon  niet  door
                               de afspraken tussen het DVI en het NICC op te blazen.
                                  In samenspraak met het DVI besloten we het dilemma op een
                               constructieve  manier  op  te  lossen.  We  zouden  het  materiaal  dat
                               ons vanuit Venezuela ten dienste werd gesteld, over de twee labo-
                               ratoria  verdelen  en  we  zouden  – gelijktijdig  en  totaal  onafhanke-
                               lijk  van  elkaar  – elk  ons  eigen  onderzoek  uitvoeren.  Dat  had  het
                               voordeel dat de resultaten van de twee labo’s onmiddellijk verge-
                               leken konden worden en er in geval van onderlinge overeenkomst,
                               wat  het  uiteindelijke  resultaat  ook  mocht  uitwijzen,  geen  tegen-
                               onderzoek meer nodig was. Op die manier zou er niet nog meer
                               kostbare tijd verloren gaan vooraleer de betrokken families einde-
                               lijk het verlossende antwoord te horen zouden krijgen.
                                  Het  DVI  belegde  samen  met  ons  en  het  labo  van  professor
                               Cassiman een vergadering. Een lid van het DVI zou immers naar
                               Venezuela  vertrekken  om  het  botmateriaal  te  gaan  ophalen.  De
                               autoriteiten  daar  hadden  ondertussen  laten  weten  dat  ze  maar
                               een  paar  beenderen  voor  de  analyse  zouden  overhandigen.  Wij
                               probeerden  de  speurder  van  het  DVI  uit  te  leggen  wat  wij,  on-



                                                           201
   196   197   198   199   200   201   202   203   204   205   206